Kabinet verzekert recht op zondagsrust
DEN HAAG - In de nieuwe arbeidstijdenwet blijft de zondagsrust gewaarborgd. Dat beloofde minister De Geus woensdag aan CDA, ChristenUnie en SGP. De christelijke partijen zijn nog niet gerustgesteld.
CDA, ChristenUnie en SGP hadden de minister van Sociale Zaken vragen gesteld over de garanties op zondagsrust voor werknemers in de nieuwe arbeidstijdenwet.Volgens de huidige regelgeving hebben werkgevers recht op dertien vrije zondagen per jaar. In de nieuwe arbeidstijdenwet kan bij cao worden overeengekomen dat het minder dan dertien zondagen of zelfs geen worden. Dat gaat de christelijke partijen veel te ver. Die dertien moet het minimum zijn.
De minister verzekerde dat, ongeacht wat in cao’s wordt afgesproken, de individuele werknemer het recht heeft en houdt om zondagswerk te weigeren. „Werknemers kunnen nooit worden gedwongen om op zondag te werken. Dat staat na dit debat als een paal boven water”, zei De Geus. Hij ontraadde een amendement van CDA-Kamerlid Rambocus om de dertien vrije zondagen veilig te stellen.
CDA, ChristenUnie en SGP toonden zich nog niet tevreden met het antwoord van de minister. De christelijke partijen vinden dat de nieuwe arbeidstijdenwet wel degelijk verder tornt aan de zondagsrust. „In de praktijk wordt het moeilijk om werk op zondag te weigeren, omdat zondagsrust minder normaal wordt”, zei Huizinga-Heringa van de ChristenUnie.
In de nieuwe wet staan minder regels. De wetswijziging is volgens het kabinet nodig om de werkgelegenheid te bevorderen en het vestigingsklimaat in Nederland te versterken. Werkgevers en werknemers krijgen meer ruimte om in onderling overleg de werktijden per dag en per week in te vullen.
Zo wordt de maximumwerktijd per dag twaalf uur, tegen tien uur nu. Ook is er in de nieuwe wet een grens aan het aantal nachtdiensten dat iemand mag draaien: per 16 weken maximaal 36. Maar in cao’s mag dat worden uitgebreid tot maximaal 140 per jaar.