In ruil hiervoor incasseerden beide banken ruime vergoedingen voor andere diensten die zij Enron leverden. De koers van de aandelen van beide banken dook omlaag na het bekend worden van dit nieuws, omdat beleggers vrezen dat de onthulde activiteiten de banken grote financiële schade kunnen berokkenen.

Het bedrog kwam aan het licht via het parlementaire onderzoek dat het Huis van Afgevaardigden en de Senaat gezamenlijk uitvoeren naar de ondergang van Enron. Hierbij werden onder meer 1 miljoen pagina’s aan documenten van beide banken onderzocht. Daaruit blijkt nu dat Citigroup en J. P. Morgan Chase Enron miljarden aan dollars hebben geleend in ingewikkelde constructies die de cijfers van het bedrijf moesten oppompen.

Verschillende documenten tonen aan dat de banken in een aantal gevallen van het boekhoudkundig bedrog van Enron op de hoogte waren. „Het is overduidelijk dat Enron er zonder de bewuste en actieve hulp van deze twee banken niet in was geslaagd z’n miljardenverliezen te camoufleren”, aldus onderzoeker Robert Roach, die de documenten onderzocht voor de speciale Congrescommissie die de Enron-affaire doorlicht. „De banken wisten wat Enron deed, hielpen Enron in het bedrog en profiteerden daar vervolgens van”, aldus senator Carl Levin, voorzitter van de onderzoekscommissie.

De commissie stuurt het betrokken documentatiemateriaal door naar het ministerie van Justitie, dat zelf ook een onderzoek is begonnen naar de oorzaken van Enrons ondergang. De niet aflatende reeks financiële schandalen heeft het vertrouwen van de Amerikanen in het bedrijfsleven overigens ernstig ondermijnd. Volgens een gezamenlijke opiniepeiling van The Wall Street Journal en NBC-News meent 93 procent van de burgers dat de financiële rapportages van bedrijven niet te vertrouwen zijn. Tweederde vindt dat er meer onderzoeken moeten komen en dat er agressiever vervolgd moet worden om aan het financiële bedrog een eind te maken.