In een debat donderdag met de Kamer over de WILG zei minister Veerman van Landbouw dat hij veel vertrouwen in de provincies heeft. De plannen voor het platteland zullen efficiënter worden, verwacht hij. Bovendien worden ze vanaf volgend jaar ontworpen door een bestuur dat dichter bij de burger staat dan de rijksoverheid. De bevoegdheid voor landinrichting verschuift namelijk van de minister van Landbouw naar de colleges van Gedeputeerde Staten van de twaalf provincies.Een beetje „griezelig” is de invoering van de nieuwe wet wel, gaf Veerman toe. „Er zullen kinderziektes optreden.” Die zullen echter netjes worden verholpen, met oog voor de betrokken agrariërs, beloofde hij.

Om te controleren of provincies zich aan de afspraken met het Rijk houden, zal het ministerie van Landbouw ieder jaar aan de lagere overheden vragen hoe het staat met de landinrichtingsplannen. In 2009 vindt een evaluatie van de WILG plaats.

Veerman verwacht dat boeren en natuurbeheerders door de nieuwe wet te maken krijgen met minder administratieve lasten dan nu het geval is. De WILG vervangt de oude Landinrichtingswet uit 1985.