Eerste tenlastelegging van het ICC
DEN HAAG (ANP) – Het Internationaal Strafhof (ICC) heeft maandag zijn eerste tenlastelegging gepubliceerd:
DE VERDACHTE: Thomas Lubanga Dyilo, geboren op 29 december 1960 in de toenmalige Republiek Congo. Hij is een etnische Hema–Gegere. Hij is afgestudeerd psycholoog. Hij is medeoprichter en voorzitter van de Unie der Congolese Patriotten (UPC) en was opperbevelhebber van haar gewapende arm, de Patriottische Krachten voor de Bevrijding van Congo (FPLC).PLAATS EN TIJD VAN DE MISDRIJVEN: Lubanga wordt verdacht van het plegen van de oorlogsmisdaden ronselen en inzetten van kindsoldaten in de Oosterse Provincie van het district Ituri in de Democratische Republiek Congo van 1 juli 2002 tot 31 december 2003. Onder Lubanga probeerden UPC en FPLC in Ituri een dominante positie voor de Hema’s te verwerven door militair geweld, met name tegen de Lendu’s.
HET RONSELEN: Lubanga en andere FPLC–officieren ronselden „significante aantallen" kinderen jonger dan vijftien jaar en zetten hen in bij vijandelijkheden. Hij moedigde Hema–ouders aan hun kinderen af te staan en inspecteerde de trainingskampen voor kindsoldaten regelmatig. Ook gaf hij zelf een slecht voorbeeld van misbruik door kinderen in te zetten als zijn lijfwachten. Hij ronselde vooral jongens, maar ook meisjes.
DE KAMPEN: Kinderen werden mishandeld en soms geëxecuteerd in de kampen waar zij tot kindsoldaten werden opgeleid.
DE GEVECHTEN: De kinderen kregen van de FPLC–commandanten de opdracht „alle Lendu’s te doden", zonder een verschil te maken tussen strijders en burgers. Bij de gevechten werden veel kinderen gedood, anderen raakten ernstig gewond.
INDIVIDUELE GEVALLEN: De tenlastelegging beschrijft een aantal concrete gevallen, zonder naam om de getuigen te beschermen. Een van de slachtoffertjes was pas tien jaar oud toen hij werd geronseld.
CONSEQUENTIES VOOR DE LEVENS: Het laatste hoofdstuk van de tenlastelegging gaat in op de gevolgen voor de geronselde kinderen: hun lichamelijke, mentale en emotionele ontwikkeling werd geschaad. Zij gingen niet naar school. Sommigen raakten gewond. Ontsnapte kindsoldaten waren soms niet in staat om hun familie terug te vinden. Sommigen hebben nachtmerries of zijn bang voor harde geluiden of schreeuwende mensen. Uit onderzoek blijkt dat kindsoldaten trauma’s hebben opgelopen die tot psychische stoornissen leiden en tot vervreemding van de samenleving waarin zij vervolgens nog maar slecht functioneren.