Nadat het boekhoudschandaal in februari 2003 was uitgekomen, namen de banken het roer over. Ahold moest extra geld lenen tegen ongunstige voorwaarden en moest daarvoor zijn kroonjuwelen als onderpand geven. Tussen die parels zat ook supermarktketen Albert Heijn. De druk nam pas af toen bleek dat het nieuwe management de boel weer onder controle had. Zo maakte het bedrijf eind vorig jaar bekend delen van obligatieleningen te willen terugkopen en kon het geld lenen tegen gunstiger voorwaarden.Net nu Ahold zich heeft verlost van de banken, proberen de aandeelhouders het heft in handen te nemen. „De markt heeft Ahold een tijdje rust gegund”, aldus analist Richard Withagen van SNS Securities. „Bestuursvoorzitter Anders Moberg heeft de kans gehad om de beurskoers erbovenop te krijgen. Dat is helaas niet gelukt.”

Moberg trad aan bij Ahold na de boekhoudschandalen. De van IKEA afkomstige Zweed kreeg de opdracht de rust in de onderneming terug te brengen. Zijn voorganger, Cees van der Hoeven, werd in februari 2003 ontslagen. De kern van de boekhoudfraude, die onder zijn leiding plaatsvond, bestond uit twee pijnpunten. Er waren geheime afspraken gemaakt over het meetellen van de omzet van gezamenlijke dochterbedrijven in het buitenland, waaronder de Scandinavische dochter ICA-Ahold. Bij de volledige dochter US Foodservice in de Verenigde Staten was geknoeid met inkoopkortingen, waardoor de winst met bijna 1 miljard dollar moest worden bijgesteld.

Van der Hoeven en zijn financieel directeur Michiel Meurs zijn dit voorjaar veroordeeld voor hun aandeel in het schandaal. Het bedrijf Ahold trof schikkingen met justitie en met diverse toezichthouders, waaronder de Amerikaanse SEC. Ook met aandeelhouders werden afspraken gemaakt over schadevergoeding. Daarmee leek Moberg Ahold weer op de rails te hebben.

Het ging goed totdat het bedrijf eind maart tijdens de presentatie van de jaarcijfers de doelstellingen naar beneden moest bijstellen. De omzetgroei zou enkele procentpunten lager uitkomen, evenals de winstmarges. Daardoor kwam het management van de supermarktonderneming onder druk te staan. „De actie van de aandeelhouders zat eraan te komen”, aldus Withagen. „Ahold gaat nu een nieuwe fase in.”

De analist verwacht niet direct een opsplitsing van Ahold. Ongeveer 70 procent van de omzet komt uit de Verenigde Staten. Als die activiteiten verkocht worden, blijft er van de supermarktonderneming niet veel over. „Als ik kijk hoe dergelijke aandeelhouders in het verleden hebben gescoord met hun plannen, ligt een opsplitsing niet direct voor de hand. Bij diverse ondernemingen hebben aandeelhouders veranderingen proberen door te voeren, met wisselend succes.”