De drie, behalve R.B., een 19–jarige man uit Hardinxveld–Giessendam en een 20–jarige man uit Zwolle, werden op heterdaad betrapt toen zij probeerden een ruit van de synagoge in te slaan. Zij hadden molotovcocktails bij zich en hadden die in de synagoge willen gooien. Volgens justitie zouden de drie hebben gehandeld uit racistische motieven.Op 18 april hadden zij op de slaapkamer in het ouderlijk huis van B. een aantal molotovcocktails gemaakt. De bedoeling was dat B. een videoverslag zou maken van de aanslag om later aan vrienden te laten zien. Maar de brandstichting kon niet worden voltooid omdat omwonenden alarm sloegen.

Toen de politie op de slaapkamer van B. ging kijken, bleek dat alle muren daar waren beklad met rechts–extremistische leuzen. Volgens B. waren die teksten geschreven door een van de medeverdachten. Die zou enige tijd voor de aanslag ook dergelijke leuzen op de synagoge en op een geluidswal langs de snelweg A15 hebben gekalkt.

De rechtbank besloot donderdag om de strafzaak tegen de twee medeverdachten op te schorten omdat hun persoonlijkheidsonderzoek nog moet worden afgerond. Ze zullen op 7 november worden berecht.

In de zaak van B. doet de rechtbank op 24 augustus uitspraak.