(Dat maakte het ministerie van Landbouw woensdag bekend.Uit angst voor vogelgriep hebben genoemde landen hun grenzen gesloten voor kippenvlees en eieren uit Nederland. Landbouwdiplomaten in de betreffende landen proberen de plaatselijke autoriteiten er nu van te doordringen dat er niets mis is met pluimveevlees en -producten uit Nederland.

Binnen de EU zijn er geen exportproblemen. Als binnen de unie een milde variant van de vogelgriep opduikt die conform de regels wordt bestreden, mogen lidstaten geen handelsbeperkingen instellen. Deze afspraak geldt uiteraard niet voor landen die buiten de EU liggen.

De besmetting van kippen in het Gelderse Voorthuizen met een milde variant van vogelgriep is volgens de voorschriften gemeld bij de Organisation Mondiale de la Santé Animale (OMSA). Deze organisatie houdt wereldwijd de gezondheid van dieren in de gaten. Landen die te maken krijgen met een H5- of H7-vogelgriepvariant, moeten tot drie maanden na de ontsmetting van het laatste besmette bedrijf aangeven dat ze kampen met vogelgriep. Aangezien het Voorthuizense kippenbedrijf op 2 augustus is ontruimd, beschikt Nederland pas op 2 november weer over de vogelgriepvrije status.

Het Centraal Instituut voor Dierziektecontrole in Lelystad heeft inmiddels zekerheid over de aard van het aangetroffen virus. Het gaat om een milde variant van H7N7. Het instituut zoekt momenteel alle details van het aangetroffen virus uit. Een zwaardere versie van dit virus sloeg in 2003 hard toe in de Nederlandse pluimveesector. Destijds moesten 30,7 miljoen dieren worden geruimd. Negentien mensen raakten besmet met het virus. Een dierenarts kwam om het leven.