Volgens de koepelorganisatie moet onderzocht worden of het geld uit het zogeheten Fonds Economische Structuurversterkering (FES) „inderdaad op de meest renderende plaatsen wordt ingezet”, stelde een woordvoerder dinsdag.VNO-NCW steunt daarmee een oproep voor herbezinning van de regionale verenigingen, die vinden dat te veel FES-geld in de Randstad wordt geïnvesteerd. Deze week trok de afdeling VNO-NCW Midden aan de bel omdat eind juni uit cijfers van het Instituut voor Onderzoek van Overheidsuitgaven bleek dat 88 procent van de FES-pot in de periode 1994 tot en met 2004 naar het westen ging. Het zuiden kreeg 9 procent, het oosten 2 procent en het noorden 1 procent.

Volgens VNO-NCW Midden duiden deze cijfers op „een zeer eenzijdig en selectief bestedingspatroon, dat onvoldoende de verdiencapaciteit van Nederland als geheel ondersteunt.” Voorzitter Paul te Riele van de regionale vereniging stelt dat in de verdeling helder gemaakt moet worden wat het Nederland als geheel oplevert. „Door een aantal kansrijke regio’s onder te bedelen, mist de bv Nederland kansen”, waarschuwt hij.

Ook volgens de woordvoerder van de koepelorganisatie is een onderzoek nodig om duidelijkheid te verschaffen. Maar daarbij benadrukt hij wel dat het FES een deel is van het geld dat wordt verdeeld in het land. „Er gaan ook miljarden langs andere wegen naar de regio’s.”

Een woordvoerster van het ministerie van Financiën stelt dat projecten al stuk voor stuk voor FES-gelden worden beoordeeld. „Het fonds is bedoeld om knelpunten in de infrastructuur op te lossen en de economische structuur te verbeteren. Het is niet in het leven geroepen om geld te verdelen.”

Volgens haar wordt eerst bekeken waar de grootste knelpunten zitten en vervolgens rekent het Centraal Planbureau (CPB) uit waar de grootste winst te behalen is. „En in het westen zijn problemen met het wegennet nou eenmaal vaak veel groter dan bijvoorbeeld in het noorden. Ook zijn in het westen de baten al snel hoger, omdat daar veel mensen van het wegennet gebruikmaken.”