Als het aan de gouverneur van de provincie Pomorskie (Pommeren) ligt, moet het voormalige vlaggenschip van de Holland Amerika Lijn zo snel mogelijk uit de haven worden weggesleept. De Rotterdam zou milieugevaar opleveren voor het nabijgelegen natuurreservaat, waar veel zwaluwen broeden.De directeur van de rederij die de Rotterdam beheert, Rob Hagens, zei zondag dat door de zwaluwen aan boord het schip de haven helemaal niet kan verlaten. „Net als in Nederland zijn zwaluwen ook hier beschermd. Als het schip naar internationale wateren moet, kunnen de jongen niet terugvliegen naar het vasteland. De zwaluwen die de gouverneur wil beschermen, houden ons nu hier”, aldus Hagens.

De gouverneur wil dat het schip naar internationale wateren wordt gesleept. Aan boord van het vaartuig liggen afgesloten zakken afval waarin plastic en overalls zitten die in Spanje zijn gebruikt bij het verwijderen van asbest aan boord.

De gouverneur ziet ze als een gevaar voor het milieu. Het was de bedoeling dat de zakken op de rede van Gdansk zouden worden overgeladen op een ander Nederlands schip dat het afval naar Nederland zou vervoeren. Daar was toestemming voor van het Poolse ministerie van Transport, maar de gouverneur stak er op eigen gezag een stokje voor.

Volgens de planning zou na het verwijderen van de afvalzakken, de Rotterdam naar de voormalige Leninwerf worden gesleept voor een grondige renovatie. Met deze klus is 25 miljoen euro gemoeid en werk voor honderden Poolse arbeiders. Omdat deze economische belangen meespelen, gaf de Poolse rijksoverheid toestemming voor de gang van zaken.

Hagens zou maandag een gesprek hebben met de gouverneur Karczewski over de situatie. „Het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft afgelopen dagen druk uitgeoefend op de Poolse autoriteiten om uit de impasse te komen”, aldus Hagens vanuit Gdansk.

Volgens hem is de kwestie met het Nederlandse schip dagelijks nieuws voor de Poolse media. „Iedereen doet een beetje lacherig over die zwaluwen, maar in Nederland zijn voor andere diersoorten wegen verlegd en bedrijfsterreinen niet aangelegd. Er is dus hoop.”