Het zuidelijke deel van Limburg bleef in 2005 achter bij de Nederlandse economie.Dat blijkt uit cijfers die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag heeft gepubliceerd. De conclusies die het CBS trekt, komen overeen met een onderzoek naar de economische prestaties van provincies dat de Rabobank eind vorige maand heeft gepubliceerd.

De provincie Utrecht is vorig jaar sterk teruggekomen. De provincie was de voorgaande jaren een achterblijver, maar in 2005 blonk Utrecht uit met een economische groei van 2,8 procent. Flevoland noteerde eenzelfde groeicijfer. De jonge provincie presteert al jaren op rij sterk.

Ook de economie van Noord-Holland versloeg vorig jaar het landelijke groeicijfer. Dat was voornamelijk te danken aan de luchthaven Schiphol. Die bezorgt de transportsector en de groothandel in de regio een sterke positie. In de directe omgeving van de luchthaven kwam de economische groei daardoor uit op 3,3 procent. In heel Noord-Holland eindigde de economische groei op 2,4 procent.

De oorzaak van de achterstand die Limburg heeft opgelopen, ligt in de zuidelijke helft van de provincie. Daar stokte de economische groei op 0,6 procent. Een reeks aan bedrijfstakken is hiervoor verantwoordelijk, evenals een afname van de bevolking met 0,75 procent. Volgens de economen van de Rabobank heeft het zuidelijke deel van Limburg slechts één sterke kern: Maastricht. De andere regio’s hebben onder meer last van een eenzijdige economie.