WW
Niet de overheid, maar de werkgevers moeten verantwoordelijk worden voor de financiering van de werkloosheidsuitkering (WW) voor hun werknemers. Dat vindt vicevoorzitter Heerts van vakcentrale FNV.
Wanneer ondernemers direct geconfronteerd worden met de kosten van de werkloosheid van hun (ex-)werknemers zullen bedrijven zich volgens Heerts meer inspannen om te voorkomen dat medewerkers op straat komen te staan.De FNV-voorman trekt een parallel met de privatisering van de Ziektewet. Sinds de werkgever de kosten van het ziekteverzuim voor zijn rekening moet nemen, doet hij er alles aan om uitval tegen te gaan. Die nieuwe regelgeving heeft geleid tot een forse verlaging van het ziekteverzuim.
Woordvoerders van verschillende politieke partijen hebben inmiddels laten weten de voorstellen van Heerts een interessante gedachte te vinden. De FNV’er heeft in ieder geval bereikt dat bij de voorbereiding op de komende verkiezingen nagedacht wordt over het al dan niet handhaven van de huidige Werkeloosheidswet.
Vanuit het bedrijfsleven is daar overigens ook behoefte aan. Niet omdat het direct staat te trappelen om de kosten van de WW voor zijn rekening te nemen. Wel omdat bedrijven zich door het huidige ontslagrecht aan handen en voeten gebonden voelen.
Juist omdat vandaag de dag de arbeidsmarkt snel verandert, pleiten ondernemingen voor soepeler regels voor ontslag. Wil ondernemend Nederland serieus over de ideeën van de FNV-voorman nadenken, dan zal die bezinning daarom niet losstaan van de discussie over aanpassing van de ontslagregels.
Daarmee is overigens nog niet gezegd dat de suggesties van Heerst zonder meer overgenomen moeten worden.
Dat werkgevers mede verantwoordelijk zijn voor de toekomst van hun vertrekkende medewerkers, is duidelijk.
Om die reden wordt tegenwoordig meer dan voorheen binnen ondernemingen aandacht gegeven aan loopbaanbegeleiding en (bij)scholing. Daarbij gaat het niet alleen om bedrijfsbelang maar -meer dan vroeger- ook om de persoonlijke ontwikkeling van werknemers. Door het bedrijf gefinancierde cursussen zijn lang niet altijd meer gericht op verdere ontplooiing binnen de eigen onderneming. Dat Heerts scholing nog meer wil stimuleren, verdient steun.
Tegelijk is het te rigide om de financiering van de werkloosheidsuitkering in alle gevallen volledig op het bedrijfsleven af te wentelen. Sommige bedrijfstakken zijn conjunctuurgevoeliger dan andere.
Daar ligt een belangrijk onderscheid met de uitval door ziekte. Op het punt van beroepsziekten kunnen bedrijven zelf de nodige preventieve maatregelen treffen. Als het om conjuncturele ontwikkelingen gaat, kunnen ondernemingen dat nauwelijks.
Bovendien is duidelijk dat het realiseren van de plannen van de FNV’er voor het midden- en kleinbedrijf funest is. Dat wordt opgezadeld met lasten die het niet kan opbrengen.
De verzorgingsstaat die Nederland jarenlang kende, is in de achterliggende jaren op belangrijke punten gereorganiseerd. Dat moest ook omdat de lasten op de duur te zwaar werden.
Een hoeksteen is echter gebleven: de solidariteitsgedachte. De zwakken kunnen rekenen op steun van de samenleving. Werkloosheid is in veel gevallen een maatschappelijk verschijnsel dat vaak ontstaat als gevolg van macro-economische ontwikkelingen.
Daarvoor kan de werkgever niet als enige verantwoordelijk gesteld worden; daarvan mag de werknemer niet de dupe worden. De oplossing van dit probleem en de bestrijding van de effecten van werkloosheid is daarom een collectief probleem van overheid, bedrijfsleven en werknemers.