Opinie

Acceptatie uitingen antisemitisme gevaarlijk

Drie recente gebeurtenissen laten zien dat velen in Nederland een onverschillige houding aannemen als het gaat om uitingen van antisemitisme. Marja van den Beld roept kerken, academici en moslims op in actie te komen.

28 June 2006 09:12Gewijzigd op 14 November 2020 03:53
„De onverschillige houding en daarmee de sluipende acceptatie van uitin gen van antisemitisme doet pijnlijk denken aan de jaren dertig.” Foto: een Joodse jongere bezoekt een voormalig concentratiekamp in Polen. Foto EPA.
„De onverschillige houding en daarmee de sluipende acceptatie van uitin gen van antisemitisme doet pijnlijk denken aan de jaren dertig.” Foto: een Joodse jongere bezoekt een voormalig concentratiekamp in Polen. Foto EPA.

In Wassenaar heeft ds. N. K. Mos een antisemitische preek gehouden die nu na een jaar door de Protestantse Kerk in Nederland nog steeds niet openlijk en officieel veroordeeld is. De raad van bestuur van de Universiteit Utrecht censureerde onlangs de afscheidsrede van zijn hoogleraar prof. P. W. van der Horst. Het onlangs verschenen rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), ”Dynamiek in islamitisch activisme. Aanknopingspunten voor democratisering en mensenrechten” verdoezelt de gewelddadige kant van de islam.Wat is het verband tussen deze drie schijnbaar losse, gebeurtenissen? Het antisemitisme in de preek van ds. Mos is voor de kerkleiding kennelijk niet ernstig genoeg om onmiddellijk maatregelen te nemen. Met een beroep op de interne procedures wordt gezwegen.

Op een andere manier, maar in dezelfde trant, vindt de raad van bestuur van de Universiteit Utrecht het kennelijk niet urgent genoeg om het antisemitisme binnen de islam op wetenschappelijk niveau aan de orde te stellen. Bijvoorbeeld de eeuwenoude mythe van het Joodse kannibalisme, volgens welke Joden bloeddorstige wezens zijn die kinderen vermoorden voor hun magische rituelen. Een mythe die in de islamitische wereld nog steeds springlevend is. Ingegeven door angsthazerij of door eigenbelang (mogelijke imamopleiding binnen de muren?) mogen de donkere kanten van de islam niet benoemd worden, zelfs ten koste van de academische vrijheid.

Het rapport van de WRR past in die trend van politiek correct reageren tegenover de radicale islam uit angst voor bedreigingen.

Onschuld voorbij
De onverschillige houding en daarmee de sluipende acceptatie van uitingen van antisemitisme, zelfs op het niveau van normerende instituten als de kerk en de universiteit, doet pijnlijk denken aan de jaren dertig. Over toen zouden we misschien nog kunnen zeggen: „Wir haben es nicht gewusst.” Die onschuld zijn we nu voorbij.

Daarom is de prangende vraag: Waar blijft de protestantse kerk die zich verplicht heeft de strijd tegen het antisemitisme aan te binden? Waar blijven de academici en de studenten nu de wetenschappelijke vrijheid wordt aangetast? Waar zijn de moslims die niet geassocieerd willen worden met de radicale islam?

Angst is een slechte raadgever. Veiligheid wordt niet bereikt door passiviteit en stilzwijgen, maar er juist door ondermijnd. Elie Wiesel heeft er zijn levenstaak van gemaakt om mensen te waarschuwen tegen de onverschilligheid. Misschien nog wel een moeilijker te bestrijden kwaad dan het antisemitisme zelf.

Het is om die reden dat wij, als platform Appèl Kerk en Israël binnen de PKN, allen die deze zaak ter harte gaat met kracht willen oproepen om de Protestantse Kerk en de raad van bestuur van de Universiteit Utrecht aan te spreken op hun verantwoordelijkheid en hun integriteit.

voetnoot (u17(De auteur is lid van het platform Appèl Kerk en Israël.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer