Op de marktplaatsen waar stroom wordt verhandeld, blijkt de vraag en het aanbod toegenomen. De transparantie van de markt kent een lichte verbetering, maar veel handelaren vinden de informatievoorziening nog onvoldoende.Dit blijkt uit de maandag gepubliceerde marktmonitor Groothandelsmarkt Elektriciteit 2005 van toezichthouder DTe. Het aantal partijen dat in stroom handelde, nam toe.

De Nederlandse stroomproductie bleef in 2005 sterk geconcentreerd. De helft van de Nederlandse stroomproductie is in handen van twee grote producenten, Electrabel en Essent. Driekwart valt onder de vier grootste producenten, waaronder ook Nuon en Eon.

Maar de geplande sterke uitbreiding van het aantal centrales geeft aan dat de markt voldoende werkt, aldus het rapport.

De onderzoekers constateren dat de vorming van een regionale markt in werking is gezet. Nederland heeft samen met België en Frankrijk afspraken gemaakt over de integratie van de drie energiemarkten. Een van de speerpunten is de uitbreiding van de schaarse grensoverschrijdende stroomverbindingen (interconnectie). Dit moet elektriciteit makkelijker internationaal verhandelbaar maken.

Vorige week maakte DTe bekend dat na de zomer een groter deel van de interconnectiecapaciteit via een veiling beschikbaar komt voor langetermijncontracten. Hierdoor krijgen nieuwe toetreders een kans op de stroommarkt.

In vergelijking met de buurlanden Duitsland en Frankrijk komen de prijzen van Nederlandse termijncontracten in stroom hoger uit, constateert de DTe. Beide buurlanden leunen minder op gasgestookte centrales en wekken hun stroom grotendeels op met respectievelijk kolen- en kerncentrales. Hierdoor blijven zij bij een stijgende olie- en gasprijs gevrijwaard van sterke kostenstijgingen.

Toezichthouder DTe, onderdeel van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, komt na de zomer met aanbevelingen om de groothandelsmarkt voor stroom te verbeteren.