Jonge automobilist moet begeleid worden
Bij 20 procent van de ernstige ongelukken is een jonge automobilist betrokken. Volgens Jan Kloosterman en Gert van Veldhuizen moeten jonge bestuurders een tijdlang gevolgd worden in hun rijgedrag.
Met enige regelmaat gaat er een schok door Nederland wanneer jongeren zijn omgekomen door een verkeersongeluk. Afgelopen weekeinde kostte een ernstig auto-ongeluk in het Groningse Zuidbroek het leven aan drie jonge meisjes. Voor verkeersorganisatie 3VO is dit ongeval aanleiding te pleiten voor verplichte terugkomdagen. Beginnende bestuurders kunnen daarmee beter bij de (verkeers)les worden gehouden.Vooral autobestuurders van 18 tot 24 jaar vormen een risicogroep. Bij ruim 20 procent van de ernstige ongevallen met een personenauto is een jonge automobilist betrokken. Jongeren van deze leeftijd veroorzaken vier keer zo vaak een ongeluk als ervaren automobilisten.
De SGP-jongerenorganisatie heeft verkeersveiligheid hoog in het vaandel staan. Een daling van het aantal verkeersdoden per jaar is goed nieuws, maar mag ons niet tevreden achterover doen leunen. Elk leven telt. Naast de verplichte terugkomdagen doen wij daarom de volgende voorstellen.
Bewustwording
De verkeerslessen in het basisonderwijs eindigen in groep 8. Wat ons betreft krijgen deze lessen een vervolg in het voortgezet onderwijs. Er is daar volop aandacht voor drugspreventie en een goede seksuele voorlichting. Aan risico’s in het verkeer wordt echter nauwelijks aandacht geschonken. Verantwoord (verkeers)gedrag begint met bewustwording. Wij bepleiten dat scholen ieder jaar een aantal verkeerslessen geven waarin jongeren geconfronteerd worden met de (ernstige) gevolgen van onacceptabel rijgedrag en gestimuleerd worden tot verantwoorde verkeersdeelname.
Nederland kent de Educatieve Maatregel Alcohol en Verkeer. Als jonge bestuurders gepakt worden met een alcoholpromillage van 0,8 zijn zij verplicht -op eigen kosten- een driedaagse cursus te volgen met veel aandacht voor alcohol en verkeersdeelname. Wij pleiten ervoor deze cursus ook te verplichten bij andere verkeersovertredingen, zoals een snelheidsov ertreding van 50 kilometer per uur. Wij bevelen tevens aan de cursus uit te breiden met een taakstraf waarin de jonge overtreders in aanraking komen met slachtoffers van verkeersongelukken.
Uitdraai
Ten slotte vindt de SGP-jongerenorganisatie dat jonge bestuurders er met het behalen van hun rijbewijs nog niet zijn. Wij stellen voor om jongeren tot 24 jaar de eerste zes maanden nadat ze hun rijbewijs hebben gehaald alleen onder begeleiding te laten rijden. Vaak zijn deze begeleiders de ouders, die hiermee medeverantwoordelijk worden gemaakt voor het rijgedrag van hun kinderen. In landen zoals de Verenigde Staten, Zweden en Noorwegen heeft men positieve ervaringen met deze maatregel.
In heel wat bedrijfsauto’s wordt het rijgedrag van de bestuurder elektronisch vastgelegd. Dit kan ook worden toegepast op de eerste periode dat jongeren zelfstandig rijden. Wekelijks wordt dan een uitdraai van het rijgedrag gemaakt. Tweeënvijftig prints waaruit blijkt dat de betrokkene verantwoord heeft gereden, geven dan toegang tot een volwaardig rijbewijs.
Ook willen wij dat er in deze periode een algeheel verbod komt op het rijden onder invloed. In deze maanden mag evenmin tijdens de nachtelijke uren worden gereden, zodat voorkomen wordt dat jonge stappers vermoeid en onder invloed achter het stuur zitten.
Het zijn vergaande voorstellen. Echter, als we deze maatregelen in het perspectief van de beschermwaardigheid van het leven plaatsen, is het de moeite waard ze te implementeren. Er kunnen jonge mensenlevens mee worden gered. En dat is de SGP-jongerenorganisatie veel waard.
De auteurs zijn respectievelijk voorzitter en jeugdwerkadviseur bij de SGP-jongeren.