„Ze kunnen niet hard maken wat ze beweren. Je kunt het woord fraude zo vaak zeggen als je wilt, maar daarmee is het nog niet de waarheid", aldus Petrocelli. Skilling staat samen met Enron–oprichter en oud–topman Kenneth Lay terecht voor hun betrokkenheid bij de grootscheepse boekhoudfraude bij Enron, die eind 2001 aan het licht kwam. Dat leidde tot het faillissement van de Amerikaanse energiereus, waardoor tienduizenden mensen werden gedupeerd. Als beide mannen schuldig worden bevonden, kunnen ze jarenlang achter de tralies verdwijnen.Petrocelli hield een hartstochtelijk slotpleidooi. Volgens de advocaat is zijn cliënt een gekwelde ziel en is de ondergang van Enron zijn nalatenschap waaraan hij niets kan doen. „Een faillissement is geen strafbaar feit, net zo min als een mislukking", aldus Petrocelli. Hij is de eerste van vier advocaten die een slotpleidooi houden voor de Enron–verdediging. Woensdag gaat de twaalfkoppige jury waarschijnlijk in beraad over de zaak.

De advocaten van Skilling en Lay hebben tot dusver altijd beweerd dat de ondergang van Enron enkel te wijten is aan de wanpraktijken van voormalig financieel directeur Andrew Fastow. Hij bekende dat hij miljoenen dollars aan schulden van Enron heeft verborgen, terwijl hij ook miljoenen dollars voor zichzelf opzijzette. In ruil voor de schuldbekentenis kreeg hij een gereduceerde gevangenisstraf van tien jaar. Ook is hij de belangrijkste getuige van de aanklagers.

De aanklagers hielden maandag het eerste deel van hun slotpleidooi. Aanklaagster Kathryn Ruemmler beschuldigde daarin Skilling en Lay van leugens en bedrog. Beide mannen zouden de precaire financiële situatie bij Enron bewust hebben verborgen voor beleggers en analisten, terwijl ze op dat moment zelf voor miljoenen dollars aan aandelen Enron verkochten, aldus Ruemmler. Lay staat op zes punten terecht voor samenzwering en fraude en Skilling op 28 punten.