Dat blijkt uit een onderzoek van adviesbureau PricewaterhouseCoopers (PwC).Van de directeuren-grootaandeelhouders van familiebedrijven blijkt ook meer dan de helft geen maatregelen te treffen tegen eventuele juridische problemen rond hun opvolging, stelt PwC. Volgens het bureau moet tussen nu en over vijf jaar de helft van de ongeveer 160.000 familiebedrijven de opvolging regelen. PwC heeft deze kwestie ook in andere Europese landen onderzocht. Volgens het adviesbureau naderen in Nederland relatief veel eigenaren hun pensioen.

De problemen waar familiebedrijven tegen aanlopen, gelden ook voor andere bedrijven, zegt Jürgen Warmerdam van werkgeversorganisatie MKB- Nederland. De financiering is bij overdracht het grootste probleem. „Dat ligt voor een deel aan de banken”, stelt Warmerdam. De ondernemer moet iemand vinden die kapitaalkrachtig genoeg is, maar er dient ook een bank te zijn die wil financieren. Als banken de nieuwe ondernemer niet kennen, kan dat een probleem zijn.

Fiscale regels kunnen ook belemmerend werken. Wie een bedrijf overdraagt, moet er rekening mee houden dat hij 52 procent belasting over de winst moet betalen. Dat kan ondernemers ervan weerhouden een onderneming over te doen. „Het kabinet moet zich afvragen of die belasting niet lager kan of zelfs kan worden afgeschaft”, aldus Warmerdam. Hij wijst erop dat het voor de economie goed is wanneer een bedrijf wordt overgedragen.

Ondernemers kunnen er zelf ook meer aan doen om een opvolger te vinden. „Zij praten niet graag over hun opvolging. Het is slecht voor de reputatie van het bedrijf wanneer je zegt dat het te koop is”, vindt Warmerdam. Bedrijfseigenaren moeten meer zelf op zoek en in alle vertrouwelijkheid kandidaten benaderen. Warmerdam beseft dat dit moeilijk kan zijn. „De beste kandidaat die mogelijk interesse heeft, is vaak een concurrent.”

Ondernemers zoeken vaak iemand van buiten of een familielid. Warmerdam raadt hen aan ook verder te kijken „Ook onder werknemers kunnen geschikte kandidaten zitten.”