KPN profiteert lang van monopolie
AMSTERDAM (ANP) - KPN moet na jaren zijn monopoliepositie volledig opgeven. De belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot de liberalisering van de postmarkt in Nederland op een rij.
1989: Verzelfstandiging van staatsbedrijf PTT in Koninklijke PTT Nederland NV. Regering wil slagvaardigheid van PTT Post en PTT Telecom vergroten. De aandelen blijven vooralsnog in handen van de staat.1989: PTT Post wordt met nieuwe Postwet verplicht tot het uitvoeren van een basisdienst en behoudt het monopolie op brieven tot en met 500 gram. Andere post, waaronder drukwerk, is vrij.
1994: De Nederlandse staat verkoopt 30 procent van zijn PTT-aandelen. Onder de naam Koninklijke PTT Nederland (KPN) gaat het post/telecombedrijf naar de beurs.
1995: De staat beëindigt zijn meerderheidsbelang met de verkoop van nog eens 25 procent van zijn aandelen in KPN.
1996: KPN koopt het Australische concern TNT en verwerft daarmee een grote internationale logistieke onderneming.
1996: Europese ministers vinden dat de postmarkt per 1 januari 2003 volledig moet zijn geliberaliseerd.
1997: Europese Postrichtlijn met voorwaarden om een deel van de postmarkt te liberaliseren. Lidstaten dienen de regels in 2000 te hebben omgezet in nationale wetgeving.
1997: De Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (Opta) houdt toezicht op de post- en telecommunicatiemarkt.
1998: KPN wordt gesplitst in telecombedrijf KPN en postbedrijf TPG N.V. (TNT Post Group). TPG wordt het eerste beursgenoteerde postbedrijf van de wereld. De Europese Commissie (EC) beperkt postmonopolie op brieven en drukwerken tot 350 gram.
1999: Selekt Mail, opgericht door een aantal investeerders, dient zich aan als concurrent van PTT Post. Later volgt Sandd, een gemeenschappelijke onderneming van Wegener en Deutsche Post.
2000: Wet op grond van de Europese Postrichtlijn uit 1997 treedt in werking. TPG is zijn monopoliepositie voor brieven van boven de 100 gram kwijt.
2000: Frankrijk en andere, met name Zuid-Europese landen, houden in het Europees Parlement de liberalisering tegen. De vrije postmarkt blijft beperkt tot stukken van 350 gram of meer. Dat is 3 procent van de markt.
2001: De Nederlandse staat kondigt aan zijn belang in TPG te gaan terugbrengen tot 10 procent, maar behoudt voorlopig zijn zogeheten gouden aandeel om vijandige overnames te blokkeren.
2002: De EC verscherpt de richtlijn voor de liberalisering tot 100 gram en kondigt aan dat per 1 januari 2006 het monopolie verder teruggebracht moet zijn tot 50 gram. Een einddatum voor volledige liberalisering wordt onder druk van met name zuidelijke landen niet vastgesteld.
2005: Het kabinet dient adviesaanvraag in bij de Raad van State over een nieuwe postwet. Minister Brinkhorst van Economische Zaken wil de postmarkt in april 2007 volledig liberaliseren. Hij laat de invoeringsdatum mede afhangen van liberalisering van de Britse en Duitse postmarkten.
2006: Brievenpost tussen de 100 en 50 gram vrij. EC start onderzoek naar volledige liberalisering in alle lidstaten in 2009. Brussel wil Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Zweden dwingen belastingvoordelen voor eigen postdiensten af te schaffen wegens concurrentievervalsing.
13 april 2006: Regering stuurt nieuwe Postwet naar het parlement.