Gesneden en bewerkte groente in trek
RIDDERKERK - Er wordt, na een jarenlang afname van de consumptie, weer meer verse groente gegeten. Kant-en-klare groentemix, samengestelde salades en rauwkost zijn in trek. Deze trend gaat de tuinder niet onopgemerkt voorbij. „We moeten steeds directer luisteren naar wat de klant wil”, zegt groenteteler G. H. Kooijman uit Ridderkerk.
Drie hectare glas en 3 hectare vollegrondteelt heeft de vennootschap in firma (vof) Kooijman tot haar beschikking. Het bedrijf produceert wekelijks tussen de 20.000 en de 40.000 kroppen andijvie, krulandijvie en speciale bladsla. Dagelijks levert de tuinderij met vier werknemers op afroep aan vaste klanten.In de vorm van een kant-en-klare mix belanden de producten in de schappen van grote supermarkten in binnen- en buitenland. Om aan wisselende vraag te kunnen voldoen, werkt Kooijman samen met een groepje telers, verenigd onder de naam Kwaliteelt.
„De trend om goed naar de afnemer te luisteren, zet zich de laatste jaren door”, meent de Ridderkerker. „Dat heeft invloed op je teeltplan. Maar het betekent eveneens dat de klant het bedrijf kent en op de hoogte blijft van de mogelijkheden en onmogelijkheden. In de praktijk komt het erop neer dat we ons steeds meer richten op jaarrondproductie. Alleen voor wat betreft rode sla ligt dat niet zo gemakkelijk. Die is in Nederland in de wintermaanden bijna niet te telen.”
Om altijd verse waar beschikbaar te hebben, zijn twee of drie telers binnen Kwaliteelt aan één afnemer gekoppeld. „Dat biedt zekerheid, bovendien kun je van elkaar leren.”
Het is druk in de kassen. „Voor de middag krijg je de meeste orders. Door het tijdverschil met Engeland weet je soms om tien uur pas dat je voor het middaguur nog een hoeveelheid andijvie klaar moet zetten. Het is nu snel schakelen. In de vakantieperiode is het wat rustiger.”
In zijn kantoortje op het Barendrechtse industrieterrein, vlak bij veiling The Greenery, bevestigt Cock van Bommel de trendbreuk in het gebruik van verse groente. „Het lijkt erop dat we weer een beetje omhooggaan”, zegt de manager projecten van de afdeling groeiservice van LTO Nederland.
Hij is er blij mee. „Vroeger aten we vijf tot zes keer per week een flinke portie groenten. Door de opkomst van allerlei producten als pizza’s, pasta’s en macaroni is het gebruik per persoon per dag gedaald naar circa 110 gram. Neem een pizza. Daarin zit maximaal 20 tot 30 gram groente. Wij houden de consument een ideaalbeeld van 2 ons groente en twee stuks fruit per dag voor.”
Ook de bereidingswijze speelt een rol bij het verbruik. „Witlof werd vroeger gekookt, nu eet men die veel vaker rauw. Dat is zeker zo gezond, maar het vertroebelt wel een beetje de statistieken, want het betekent een afname in de vraag. Om te koken heb je veel grotere hoeveelheden nodig.”
De verminderde vraag naar verse groente is de achterliggende jaren vooral veroorzaakt door de groeiende groep tweeverdieners. „Ze hebben doordeweeks weinig tijd en nemen dan hun toevlucht tot allerlei kant-en-klare maaltijden. Junkfood. In het weekend koken ze op hun best, maar ze doen dat door de week weer teniet.”
Het antwoord van de sector op deze trend zijn de keurig verpakte, gesneden en bewerkte groentepakketten, snel en gemakkelijk te bereiden. „Dat lukt steeds beter. Door een verbetering van de atmosferische samenstelling in de verpakking blijft de kleur van verse groente beter behouden”, aldus Van Bommel.
De wensen van de klanten dwingen de telers om hun producten het hele jaar door aan te bieden. „Echte seizoensgebonden groenten zijn er nauwelijks meer. Neem sperziebonen, die kun je altijd kopen. In de winter zijn ze niet eens zo veel duurder als in de zomer.
Door belichting kan er ook veel meer dan vroeger. Vroeger verdween een teler in de winter maandenlang uit de markt. Dat is voorbij. Sommige producten worden door de Nederlandse teler in een nevenbedrijf in het buitenland geteeld, andere worden geïmporteerd. Zo gaat de productie eveneens de wereld rond.”
Het aantal voor de groenteteelt gebruikte hectaren, glas en volle grond bij elkaar opgeteld, blijft al een aantal jaren stabiel, weet de LTO-specialist. Dat wil niet zeggen dat er geen verschuivingen plaatshebben. „Ieder jaar neemt het aantal tuinders met 5 procent af, hun grond wordt meestal aan bestaande bedrijven toegevoegd. Verder neemt de productie per hectare nog steeds toe. De groei van de productie wordt opgevangen door een toenemende export.”
Voor de consumptie in eigen land gloort er hoop, niet alleen door de stijgende vraag naar salades en andere voorverpakte producten. „Het zijn niet alleen ouderen die een hogere groenteconsumptie hebben, ook allochtonen als Turken en Marokkanen eten meer vers.”