Minister Korthals van Justitie wil de illegale handel nog verder aan banden leggen. Dat staat in een rapport van de Katholieke Universiteit Brabant (KUB) dat Korthals vrijdag naar de Tweede Kamer stuurde. Met name criminele organisaties in Rotterdam en Amsterdam zijn verantwoordelijk voor de smokkel van vuurwapens uit de voormalige Oostbloklanden.

De wapens komen vooral uit Kroatië en Tsjechië, waar legaal pistolen en machinepistolen zoals nagemaakte uzi’s mogen worden geproduceerd. De smokkel vanuit klein-Joegoslavië is na 1999 tot stilstand gekomen. De bombardementen van de NAVO vernietigden de wapenfabrieken.

Jaarlijks neemt de politie 400 tot 500 vuurwapens uit het voormalige Oostblok in beslag. De handel uit deze landen bestaat vooral uit pistolen. Met de verkoop hiervan valt een winst te behalen van ongeveer 600 euro. Vergeleken met drugshandel is de wapenhandel niet erg lucratief, stellen de onderzoekers van de KUB. Handel in pistolen levert echter wel status op.

Importeurs smokkelen vaak partijen van 100 tot 200 wapens Nederland binnen. Deze worden vervolgens afgezet via een klein netwerk van tussenhandelaren. Om de kans op ontdekking te verkleinen worden de vuurwapens zoveel mogelijk verkocht aan vertrouwde afnemers. Sommige smokkelaars halen pas een partij Nederland binnen als er al een koper is gevonden.

Minister Korthals wil een betere controle op inkomende wapenzendingen. Internationale politiekorpsen moeten verder nauwer samenwerken met Europol en landen waar de wapens vandaan komen. De bewindsman wil bovendien een gerichtere opsporing van criminele organisaties die wapens smokkelen. Preventief fouilleren in risicogebieden kan ook soelaas bieden, aldus Korthals.

De KUB voerde het onderzoek uit omdat de politie maar weinig wist over wapensmokkel. Ook waren er aanwijzingen dat met de val van de Berlijnse Muur de smokkel van wapens naar West-Europa sterk toenam. Dit bleek echter mee te vallen, aldus het onderzoek. De grote partijen gingen vooral naar de Balkan en Afrika.