„We moeten de mosselvisserij gewoon behouden”, zei de bewindsman donderdag na overleg met vertegenwoordigers van de sector.De minister wil voorkomen dat de mosselvissers eenzelfde lot als de kokkelsector wacht. De mechanische visserij op de kokkels werd vorig jaar verboden in de Waddenzee omdat de manier van vissen de natuur te veel schade berokkende. Het toekomstplan voor de mosselvisserij moet daarom perspectief bieden voor de vissers en bedrijven en de belangen van natuur en milieu waarborgen, aldus Veerman.

De mosselindustrie liep vorige week „averij” op toen Raad van State de vergunning voor het uitzaaien van Ierse mosselen (en oesters) in de Oosterschelde introk. Het ministerie en de sector gaan er de komende maanden aan werken dat er per 1 september een nieuwe „houdbare vergunning” voor het uitzaaien van de vreemde schelpdiertjes ligt.

Volgens H. van Geesbergen en J. Barbé namens de mosselsector kan op deze manier de schade van de gerechtelijke uitspraak beperkt blijven. Op dit moment liggen nog „een hoop Ieren” te groeien op de bodem van de Oosterschelde, die voor komend mosselseizoen opgevist kunnen worden. Wanneer de vissers vanaf september de uitheemse schelpdiertjes weer mogen uitzaaien, is een „rampscenario” voor de sector afgewend.

Van Geesbergen en Barbé zijn tevreden met de „uitgestoken hand” van Veerman. De sector werkte al aan een duurzaam toekomstplan voor de mosselindustrie. Door de uitspraak van de Raad van State is die ontwikkeling in een stroomversnelling gekomen.

De mosselvissers hebben een nieuwe vergunning voor het uitzaaien van de Ierse mosselen, evenals een goed toekomstperspectief hard nodig. Omdat de Nederlandse opbrengst van mosselzaad, waar volwassen mosselen voor de consumptie uit groeien, al jaren erg laag is, is de sector steeds meer afhankelijk van de import. Ruim een derde van de Zeeuwse mosselen is volgens Van Geesbergen formeel van Ierse komaf.