Rotterdams onderzoek babysterfte allochtonen
ROTTERDAM (ANP) – Het grootschalige onderzoeksproject Generation R gaat nadere studie verrichten naar de hoge babysterfte en het aantal vroeggeboorten onder allochtonen in Rotterdam. De onderzoekers hopen volgend jaar met conclusies te komen.
Uit eerder onderzoek is gebleken dat de babysterfte bij allochtone moeders hoger is dan bij de autochtone bevolking. Van de duizend allochtone zwangeren in 2001 verloren gemiddeld 16,2 vrouwen hun baby vanaf 22 weken zwangerschap of in de eerste levensweek. Bij autochtone vrouwen ligt dat aantal op 12,4.Generation R is een grootschalig en langlopend onderzoek onder 10.000 geborenen onder alle etnische groepen in Rotterdam. De kinderen worden twintig jaar gevolgd. Generation R is een project van het Erasmus Medisch Centrum, de Erasmus Universiteit, de GGD Rotterdam, de thuiszorg, de Trombosedienst en het Artsenlaboratorium Rijnmond.
De onderzoekers gaan hun bevindingen onder meer gebruiken om de verschillen in babysterfte tussen allochtonen en autochtonen nader te bestuderen. Woensdag presenteerden ze hun eerste onderzoeksresultaten nu de zogenoemde prenatale onderzoeksronde is afgerond. Uit die eerste ronde blijkt onder meer het verschil in gewicht van pasgeborenen. Kinderen van Surinaamse moeders zijn met gemiddeld 3100 gram het lichtst. De baby’s van Marokkaanse moeders hebben, met gemiddeld 3500 gram, het hoogste geboortegewicht.
Het project Generation R begon in december 2001. Twintig jaar lang zal het een generatie Rotterdamse kinderen volgen in hun ontwikkeling van kind tot jong volwassene. Van alle deelnemers wordt een groep van 1200 kinderen en hun ouders intensiever gevolgd. De onderzoekers zullen van hen extra lichaamsmateriaal verzamelen, zoals bloed en speeksel. Ook hun motorische ontwikkeling is onderwerp van onderzoek, alsmede hun nieren en hersenen.
Generation R richt zich op vier aandachtsgebieden; groei en ontwikkeling, gedrag en gedragsstoornissen, ziekte en ongevallen en zorg en zorggebruik. Zo kijken de onderzoekers bij het eerste aandachtsgebied naar de ontwikkeling van obesitas op de kinderleeftijd en de invloed van alcoholconsumptie en roken tijdens de zwangerschap op de groei van het kind.
Met het grote aantal deelnemers en de uitgebreide gegevensverzameling is het onderzoek uniek in Nederland, zegt het Erasmus MC. Inmiddels zijn 25 onderzoekers bezig met promotieonderzoek op basis van gegevens uit Generation R. Eind mei promoveren de eerste twee. De medewerkers van het project hebben tot nu toe 25.000 echo’s, 19.000 buisjes bloed, 80.000 milliliter urine en 160.000 vragenlijsten onderzocht.