Nederland krijgt vertrouwelijk Milosevic–materiaal
DEN HAAG (ANP) – De Nederlandse autoriteiten die de dood van Slobodan Milosevic onderzoeken, krijgen op hun verzoek toegang tot vertrouwelijke delen uit het dossier dat het Joegoslaviëtribunaal heeft van de ex–president van Joegoslavië.
Hiertoe heeft een strafkamer donderdag besloten, die door tribunaal–president Fausto Pocar speciaal is aangewezen om dit soort verzoeken te behandelen. De kamer wordt voorgezeten door de Nederlandse VN–rechter Alphons Orie, bijgestaan door zijn collega’s Christine van den Wyngaert (België) en Bakone Justice Moloto (Zuid–Afrika).Het openbaar ministerie in Den Haag stuurt het Nederlandse onderzoek naar de dood van de ex–president van Joegoslavië aan. Daartoe behoort een toxicologisch onderzoek in het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Over eventuele andere aspecten van het Nederlandse onderzoek wilde een zegsvrouw donderdagavond geen mededelingen doen.
Orie en zijn collega’s wijzen er in hun rechterlijk bevel op dat een gedeelte van het Milosevic–dossier vertrouwelijk werd behandeld omdat het om persoonlijke informatie gaat. Als algemene regel respecteert het tribunaal de privacy van zijn verdachten. Maar „zodra een verdachte persoon is overleden en er een noodzaak is voor een volledig intern onderzoek of een verplichting het onderzoek te faciliteren dat door het gastland wordt uitgevoerd, dan weegt het belang van het onderzoek bij onbelemmerde toegang tot informatie zwaarder dan resterende privacybelangen”, aldus het rechterlijk bevel.
Naast het Nederlandse onderzoek is er een intern tribunaal–onderzoek. Pocar heeft daarvoor de vice–president van het tribunaal aangewezen, de Australische VN–rechter Kevin Parker.
Orie en zijn collega’s bevelen griffier Hans Holthuis het gevraagde materiaal ter beschikking te stellen aan de instanties die de onderzoeken uitvoeren. Om wat voor materiaal het gaat, is niet bekend.