Skiën op de Hermon

De Golanhoogvlakte heeft voor Israël een groot strategisch belang, maar is ook een toeristische trekpleister van formaat. De beste tijd om het gebied te bezoeken is aan het einde van de winter of aan het begin van het voorjaar. Dan is de natuur op zijn mooist en vergt het verkennen van de natuur- en archeologieparken de minste inspanning.

Alfred Muller
10 March 2006 14:16Gewijzigd op 14 November 2020 03:33
De Hermon in het noorden van de Golan is zes maanden per jaar met sneeuw bedekt. Veel Israëliërs skiën op deze berg. Foto Alfred Muller
De Hermon in het noorden van de Golan is zes maanden per jaar met sneeuw bedekt. Veel Israëliërs skiën op deze berg. Foto Alfred Muller

Basaltsteentjes kraken onder de voeten. Gieren cirkelen boven onze hoofden. Het grijze paadje doorkruist een veld met gele wolfsmelkstruiken. Aan de horizon glinstert het meer van Galilea.In het Gamlanatuurreservaat bevindt zich het belangrijkste nestgebied van gieren en andere roofvogels in Israël. Elk jaar nestelen zich dertig tot vijftig paren in de rotswanden van de ravijnen. Ze eten kadavers van runderen, die boeren op de Golan laten liggen om deze vogels van voedsel te voorzien.

De meeste bezoekers komen naar de Golan om te wandelen. De ”gierenroute” is het gemakkelijkst te doen en duurt ongeveer een halfuur. Voor geoefende wandelaars zijn langere routes uitgezet. De tocht naar de oude stad Gamla duurt ongeveer twee uur, heen en terug. Een andere route van ongeveer anderhalf uur voert naar een uitkijkpunt bij de 51 meter hoge Gamlawaterval. Omdat de wandelaar op dezelfde hoogte blijft, is deze wandeling makkelijk te doen. De route langs de Daliyotrivier en vervolgens naar de Gamlawaterval is op hetzelfde niveau en goed te doen voor wie het volhoudt vier uur te wandelen. Om de flora en fauna in dit gebied te beschermen, is het voor wandelaars streng verboden van de paden af te wijken en af te dalen naar de rivieren Gamla en Daliyot. Behalve roofvogels bevinden zich hier onder meer wilde zwijnen, vossen, jakhalzen, wolven en gazelles.

Vallend gesteente
Van februari tot en met april is het Gamlapark het mooist wat de bloemen betreft, want als de zomer begint, verdorren de bloemen snel. De parkwachters sluiten de paden langs de ravijnen bij regen soms af vanwege vallend gesteente, bij hittegolven ontraden ze het maken van lange wandelingen. Wandelaars op de lange routes moeten drie liter water meenemen.

De Golan is een plateau van zestig kilometer lang dat wordt doorsneden door ravijnen. In het zuiden ligt de Golan 300 meter boven de zeespiegel, in het noorden 1200 meter. Aan de westzijde ligt de Hula Vallei 200 meter beneden de zeespiegel. De Hermon in het noorden van de Golan is zes maanden per jaar met sneeuw bedekt. ’s Winters skiën veel Israëliërs op deze berg.

Israël veroverde de Golanhoogvlakte in 1967 op de Syriërs. Het gebied is dun bevolkt. In de ’hoofdstad’ van de Golan, Katzrin, wonen slechts 6000 mensen en daaromheen liggen vooral kibboetsiem en mosjaviem. Aan de noordzijde bevinden zich vier Druzendorpen. In totaal wonen op de hoogvlakte 15.000 Israëliërs en 17.000 Druzen.

Banyas
In het Banyaspark in het noorden van de Golan bevinden zich de bronnen van de Banyas, een van de vier rivieren die verder naar het zuidwesten de Jordaan vormen. In dit park zijn wandelroutes van drie kwartier tot anderhalf uur aangelegd.

De stad Banias ontleent haar naam aan Pan, de god van de natuur. De openluchttempels voor Pan en andere afgoden waren geplaatst in de zeventig meter hoge bergwand. De zoon van Herodes de Grote, Filippus, noemde de plaats Caesarea Filippi. Volgens de christelijke traditie kwam Christus ook in deze plaats.

Andere belangwekkende historische plaatsen bevinden zich aan de zuidwestzijde van het Meer van Galilea. Volgens de Bijbel kwamen er drie discipelen uit Bethsáïda (”huis van de visser”), volgens de kerkvaders zelfs vijf. Verder naar het zuiden bevindt zich Kursi, waar volgens de christelijke overlevering de genezing van een bezeten man uit het land der Gergesenen heeft plaatsgevonden. Zowel Kursi als Bethsáida is recent opgegraven. Deze ruïneplaatsen zijn makkelijk bereikbaar met de auto.

De Israëlische dienst voor natuurreservaten heeft de imposante stad Susita (ook wel Hippos genoemd) nog niet ten volle ontsloten. Dat belet bezoekers echter niet er al heen te gaan. Ze moeten dan wel ten noorden van Kursi een weg inrijden die officieel verboden is voor alle verkeer, de weg een paar kilometer oprijden en ongeveer acht minuten lopen. Er zijn plannen Susita beter bereikbaar te maken.

Susita, Aramees voor ”paard”, heeft haar naam te danken aan de vorm van het landschap. Met een dosis fantasie kan daarin de vorm van een paard worden gezien. De stad werd waarschijnlijk opgericht omstreeks 200 voor Chr. door de Syrische Seleuciden of Egyptische Ptolemaeën. Alexander Jannaeus (103-67 voor Chr.) plaatste de stad in de Decapolis, een groep van tien steden waardoor hij hoopte de Grieks-Romeinse cultuur te verspreiden. In 749 ging de stad ten onder bij een zware aardbeving.

Slapen kunnen bezoekers in een van de hotels in Tiberias aan het Meer van Galilea, of, als men een verblijf op de Golan zelf prefereert, in een van de kamers die de kibboetsiem verhuren. Deze ”zimmerim” hebben douche en toilet, televisie en mogelijkheden om zelf koffie en thee te maken. De maaltijd ’s morgens is in de eetzaal van de kibboets tussen de kibboetsniks. Katzrin heeft ook een toeristeninformatiekantoor en een jeugdherberg.

Meer informatie: Israëlisch Nationaal Bureau voor Toerisme Benelux: www.infotour.co.il.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer