Opinie

Indonesië onder politieke druk houden

Op papier lijkt de rust op de Molukse eilanden te zijn teruggekeerd. De werkelijkheid is anders. Er zijn nog voortdurend spanningen tussen islamieten en christenen op de Indonesische eilandengroep. Willem Schneider en Arie de Pater roepen de internationale gemeenschap en de Nederlandse regering en kamerleden -die deze week over het onderwerp debatteren- ertoe op de politieke druk op de Indonesische regering hoog te houden.

2 July 2002 11:22Gewijzigd op 13 November 2020 23:39
„Het wordt de hoogste tijd dat de Indonesische regering ernst gaat maken met het herstel van vrede en verzoening tussen de strijdende partijen op de Molukken. Dit lijkt niet te kunnen zonder politieke druk van buiten.” - Foto EPA
„Het wordt de hoogste tijd dat de Indonesische regering ernst gaat maken met het herstel van vrede en verzoening tussen de strijdende partijen op de Molukken. Dit lijkt niet te kunnen zonder politieke druk van buiten.” - Foto EPA

Ondanks de vredesakkoorden voor de Indonesische eilanden Ambon en Sulawesi blijft de situatie gespannen. De Militaire Inlichtingendienst verwacht dat er op korte termijn nauwelijks verbetering zal optreden. Van daadkrachtig optreden van de Indonesische regering is nog geen sprake. De Molukse gemeenschap in Nederland volgt de ontwikkelingen met argusogen. Deze week debatteert de Tweede Kamer over Indonesië. Welke bijdrage kan en wil de Nederlandse overheid leveren aan de oplossing van het conflict?

In januari 1999 vormt een ogenschijnlijk onbetekenend incident tussen een (christelijke) buschauffeur en een (islamitische) passagier in Ambon de aanleiding tot een langdurige en bloedige strijd op de Molukken. Duizenden mensen zijn gedood en meer dan 350.000 mensen zijn op de vlucht voor het geweld. Religieuze tegenstellingen worden door zowel christenen als moslims misbruikt om de strijd aan te wakkeren. Maar op de achtergrond spelen economische belangen een zeker zo belangrijke rol. Het vermoeden dat daarbij ook belangrijke regeringsfunctionarissen betrokken zijn, maakt de situatie helemaal ingewikkeld.

Ondanks de duizenden slachtoffers en het besluiteloze optreden van de Indonesische regering, weigert de internationale gemeenschap een directe rol te spelen. Zij blijft de strijd zien als een intern conflict waar Indonesië zelf uit moet zien te komen. Dat betekent echter niet dat men helemaal de ogen sluit voor wat er gaande is. Er wordt wel degelijk druk uitgeoefend op de Indonesische regering en niet helemaal tevergeefs. Deze internationale druk is bijvoorbeeld in december vorig jaar aanleiding geweest om extra legereenheden naar Sulawesi te sturen. Hiermee werd, menselijkerwijs gesproken, een bloedbad rond de stad Tentena afgewend. Ook de Malino-vredesakkoorden kwamen onder grote internationale druk tot stand. De Indonesische overheid lijkt echter nog maar weinig haast te willen maken met de uitvoering van deze akkoorden.

Laksheid
De Malino-vredesakkoorden zijn niet onomstreden. Zo weigert de Laskar Jihad nog altijd mee te werken aan de uitvoering van de verdragen. Maar ook aan christelijke zijde is er verzet.

De Indonesische regering reageert laks op schendingen van de Malino-akkoorden. Ook wordt de uiterste inleverdatum voor wapens steeds opnieuw uitgesteld. De militante moslimleider Jafar Umar Thalib is opgepakt. De voorbereidingen voor zijn proces vorderen maar langzaam.

Ondertussen lijkt de Laskar Jihad haar activiteiten uit te breiden. Militante moslimkrijgers hebben het afgelopen halfjaar ook op Irian Jaya getracht tweedracht te zaaien tussen moslims en christenen. Ten minste 200 leden van de Laskar Jihad probeerden het afgelopen halfjaar (destabiliserende) religieuze activiteiten te ontplooien in de gebieden Sorong, Fak Fak en Manokwari, gebieden waar veel moslims uit andere provincies wonen.”

Militante moslims zouden Indonesië graag omvormen tot een islamitische staat. Dit initiatief lijkt echter op weinig steun van de bevolking te kunnen rekenen. Op dit moment is men in Indonesië bezig met een herziening van de grondwet. Dit is natuurlijk een uitgelezen kans om de islamitische wetgeving, de sharia, in te voeren. Deze wetgeving is een ernstige bedreiging van de godsdienstvrijheid.

Onderzoeksteam
Na lang aandringen heeft de Indonesische overheid een onderzoeksteam in het leven geroepen dat de ontstaansgeschiedenis en de achtergronden van het conflict in kaart moet gaan brengen. Het lijkt echter bijna onmogelijk om een team samen te stellen dat voor zowel moslims als christenen acceptabel is.

Daarnaast heeft een lid van het Onafhankelijk Nationaal Onderzoeksteam voor de kwestie Molukken (TPIN Maluku) verklaard dat het team zich zal richten op de wensen van de Molukse bevolking in het kader van verzoening en niet op de partijen die fout zijn geweest. Andere conflicten, zoals in Rwanda maar ook de apartheid in Zuid-Afrika, hebben laten zien dat verzoening niet mogelijk is zonder voldoening.

Nederland
De Nederlandse regering voelt zich nauw betrokken bij de ontwikkelingen in Indonesië. Op verschillende niveaus en bij verschillende gelegenheden heeft zij haar zorg uitgesproken over het conflict en aangedrongen op daadkrachtig optreden. Ook verleent Nederland humanitaire hulp aan slachtoffers van het conflict. Waarnemers in het veld hebben echter twijfels bij de besteding van internationale gelden. De betrouwbaarheid van zowel regeringsfunctionarissen als de vele lokale niet-gouvernementele organisaties staat ter discussie.

Zowel de ChristenUnie als de christelijke mensenrechtenorganisatie Jubilee Campaign NL vraagt telkens weer aandacht voor de trieste strijd in Indonesië. Zowel de Nederlandse regering als de internationale gemeenschap lijkt daarbij echter gevangen in het weinig daadkrachtige optreden van de Indonesische regering. Het wordt de hoogste tijd dat de Indonesische regering ernst gaat maken met het herstel van vrede en verzoening tussen de strijdende partijen. Dit lijkt niet te kunnen zonder politieke druk van buiten.

Daarnaast moet het geschonden rechtssysteem in Indonesië zo snel mogelijk worden hersteld. Dat betekent echter ook dat mensenrechtenschendingen van de afgelopen jaren niet ongestraft mogen blijven. Een onafhankelijk onderzoek is daarbij onmisbaar. Daarbij zou ook de rol van leger en regering bekeken moeten worden. Daarom dringen we aan op de samenstelling van een internationale waarnemersmissie.

In Indonesië moet ruimte blijven voor zowel moslims als christenen. De minister van Buitenlandse Zaken moet er daarom bij de Indonesische regering op aandringen dat, ook bij de herziening van de grondwet, het recht op godsdienstvrijheid blijft bestaan.

In het vredesproces en het herstel van de lokale economie kan humanitaire hulp een belangrijke rol spelen. Daarbij moet gewaakt worden voor de schijn van partijdigheid. Er zal echter ook nauwlettend moeten worden toegezien om een juiste en eerlijke besteding van de gelden. Dat vraagt een actieve opstelling van de minister van Ontwikkelingssamenwerking.

Betrokkenheid
Waarschijnlijk heeft de Militaire Inlichtingendienst gelijk als hij stelt dat de situatie in Indonesië op korte termijn nauwelijks zal verbeteren. Daarvoor zijn er te diepe wonden geslagen in de samenleving en toont de Indonesische overheid te weinig daadkracht. Daarom zal de internationale gemeenschap, en wat ons betreft de Nederlandse regering voorop, haar eigen verantwoordelijkheid moeten nemen.

Alleen actieve betrokkenheid van buitenaf lijkt de Indonesische overheid in beweging te kunnen krijgen. Daar roepen de ChristenUnie en Jubilee Campaign NL dan ook met klem toe op.

De auteurs zijn respectievelijk coördinator godsdienstvrijheid bij de Tweede-Kamerfractie van de ChristenUnie en directeur van de christelijke mensenrechtenorganisatie Jubilee Campaign NL.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer