Indonesië wil betaling ‘ontwikkeling’ Oost-Timor
Aan de vooravond van het bezoek van de kersverse Oost-Timorese president Xanana Gusmao aan Indonesië heeft de regering in Jakarta herhaald dat ze zichzelf als rechtmatige eigenaar beschouwt van de gebouwen, wegen, kantoren, elektriciteitsvoorzieningen en de meeste andere openbare infrastructuur op het halfeiland. Oost-Timor werd in mei onafhankelijk van Indonesië.
De Indonesische regering wil compensaties voor de investeringen die ze in Oost-Timor deed sinds de annexatie van het gebied in 1976. Jakarta wil een team experts naar Oost-Timor sturen om er de waarde te gaan schatten van alle ’Indonesische’ eigendommen, om de jonge staat vervolgens de rekening te presenteren. Critici zien dat als het bewijs dat Jakarta nog steeds in zijn maag zit met de afscheiding van de voormalige provincie, die anderhalve maand geleden officieel onafhankelijk werd.
Oost-Timor heeft geen oren naar de Indonesische eisen. „De Indonesische regering weet heel goed dat onze benadering van deze zaak een nul-nulverhouding is. Wij vergeten alles, en jullie vergeten alles”, verklaarde de Oost-Timorese premier, Mari Alkatiri.
Maar Jakarta ziet dat niet zo. De terugbetaling van de Indonesische investeringen op Oost-Timor was al een weerkerend onderhandelingspunt in de gesprekken tussen Indonesië en het voorlopige bestuur van Oost-Timor voordat het halfeiland formeel onafhankelijk werd, en de Indonesische diplomaten houden het thema hardnekkig warm. Twee weken geleden bracht ook een andere Indonesische delegatie op Oost-Timor de eisen nog eens in herinnering.
Niet alle Indonesiërs staan in deze zaak achter hun regering. Indonesië heeft het verzet op Oost-Timor de afgelopen kwarteeuw zwaar onderdrukt; als het aantal doden en de ontwrichting van de Oost-Timorese maatschappij die daarvan het gevolg waren, in rekening worden gebracht, heeft Indonesië op Oost-Timor veel meer schade aangericht dan geïnvesteerd, stellen critici.
Alleen al het bloedbad en de vernielingen die de pro-Indonesische milities in 1999 aanrichtten na het referendum waarin de Oost-Timorezen zich uitspraken voor onafhankelijkheid, zou het straatarme gebied 4 miljoen euro hebben gekost.
Indonesië moet bovendien alleen maar teruggaan naar zijn eigen koloniale geschiedenis om het onredelijke van de eis tot compensaties in te zien. „Als Indonesië de Nederlanders had moeten vergoeden voor alle infrastructuur die ze hier hebben achtergelaten, zouden we momenteel geen rooie duit hebben”, sneert Taufan, coördinator van de organisatie Rechtshulp en Mensenrechtenvereniging van Indonesië (PBHI). „Dit is een afleidingsmanoeuvre, een poging van politici om hun verantwoordelijkheid voor de schendingen van de mensenrechten (op Oost-Timor) te ontlopen”, aldus Taufan.
Indonesische mensenrechtenactivisten hebben ook veel kritiek op het gebrek aan transparantie bij de processen die momenteel in Jakarta aan de gang zijn tegen leiders van de Timorese milities die in 1999 de onafhankelijkheid trachtten te beletten. Internationale waarnemers sluiten zich bij die kritiek aan. De roep om de installering van een apart, internationaal tribunaal in het geval dat de berechting van de leiders op niets uitdraait, klinkt steeds luider.
President Gusmao heeft ook overleg gevoerd met Indonesische functionarissen over de terugkeer van vluchtelingen. In het Indonesische West-Timor bevinden zich nog altijd zo’n 40.000 Oost-Timorezen die zijn gevlucht voor het geweld dat uitbrak nadat Oost-Timor in 1999 per referendum voor onafhankelijkheid koos. Het Indonesische leger en pro-Indonesische milities doodden zeker 1000 mensen en joegen 250.000 Oost-Timorezen op de vlucht.
De land- en zeegrenzen tussen Oost-Timor en Indonesië staan nog niet vast. Kaarten uit de koloniale tijd laten verschillende grenzen zien.
Oost-Timor en Indonesië hebben nauwe economische banden. President Gusmao, de voormalige leider van de Oost-Timorese onafhankelijkheidsstrijders, heeft sinds hij president is het belang van goede betrekkingen met Indonesië herhaaldelijk benadrukt. De Indonesische president Megawati woonde op 20 mei in de Oost-Timorese hoofdstad Dili het uitroepen van de onafhankelijkheid bij.
In West-Timor hebben maandag ongeveer 500 Oost-Timorese vluchtelingen gedemonstreerd voor het kantoor van de plaatselijke gouverneur. De demonstranten eisen dat Indonesië doorgaat met de verstrekking van een toelage voor voedsel aan de Oost-Timorese vluchtelingen. Die zou onlangs zijn stopgezet. De Verenigde Naties hebben laten weten dat vluchtelingen die in West-Timor blijven na het einde van dit jaar als Indonesische burgers zullen worden beschouwd.