Fraude VS leidt tot vertrouwenscrisis
„Dit is een vertrouwenscrisis. De bereidheid van de gewone belegger om nog in bedrijven te investeren staat op het spel. Deze bereidheid was het fundament voor de boom van de jaren ’90 en als die factor wegvalt, zinkt Wall Street weg in een diep gat”, zo meent een sombere Mark Cooper, voorzitter van de Amerikaanse Federatie van Consumentenorganisaties.
Aanleiding voor deze sombere uitspraak is de zoveelste onthulling over fraude in het Amerikaanse bedrijfsleven, ditmaal bij telecomgigant WorldCom. Het bedrijf moffelde miljarden aan kosten weg en toverde zo vijf kwartalen achter elkaar verliescijfers om in prachtige winstcijfers. Het gaat hier om 3,8 miljard dollar. Daarbij vergeleken is de 600 miljoen aan gecamoufleerde verliezen van het energiebedrijf Enron een peulenschil. Hightechbedrijf Tyco ontsloeg enkele weken geleden topman Kozlowski na beschuldigingen van belastingontduiking en fraude.
De energiebedrijven Dynegy en CMS Energy kochten en verkochten -blijkt nu- gelijktijdig grote hoeveelheden energie aan elkaar, alleen maar om hun ”handelsvolume” indrukwekkender te maken. Niet minder dan 150 grote bedrijven zoals Xerox hebben hun cijfers over de afgelopen periode „gecorrigeerd”, met andere woorden: hebben de financiële leugens die schriftelijk waren gepresenteerd herroepen. Accountants die dergelijke praktijken moeten ontmaskeren, kijken de andere kant uit als de klant bijvoorbeeld ook nog -veel lucratiever- advieswerk van hen wil.
Andersen was zelfs bereid Enron-documenten te vernietigen, om onderzoeken van de Securities and Exchange Commission (SEC, de Amerikaanse beurswaakhond) en van de FBI onderuit te halen. Dat werd de accountant fataal, want een jury in Houston (Texas) achtte het bedrijf onlangs schuldig aan „ondermijning van de rechtsgang.” Dat betekent het einde van Andersen, maar investeringsbank en beursmakelaar Merrill Lynch kwam er met slechts 100 miljoen dollar boete af. De New Yorkse officier van justitie Eliot Spitzer onthulde dat Merrill-analisten die zich privé vrolijk maakten over sommige waardeloze aandelen, diezelfde aandelen in het openbaar aanprezen als ”koopje” als de betreffende bedrijven op het punt stonden gunstige contracten met Merrill af te sluiten.
Volgens sommigen gaat het om een ’toevallige’ samenloop van omstandigheden. „Er heeft altijd een zekere mate van fraude bestaan in het bedrijfsleven, zowel hier als elders in de wereld. Het zijn uitzonderingen die natuurlijk aangepakt moeten worden, maar wij moeten ervoor oppassen dat wij met het badwater niet ook het kind weggooien”, aldus Henry McKinnell, topman van het farmaceutische bedrijf Pfizer en vice-voorzitter van de invloedrijke zakenclub Business Roundtable.
Deze visie is veel te optimistisch volgens professor John Coffee -specialist beurswetgeving- van de Columbia Universiteit in New York. „Wat er sinds het Enron-schandaal allemaal aan het licht is gekomen, is te vergelijken met het Watergate-schandaal, dat in de jaren ’70 president Nixon z’n baan kostte. Het publiek, pers en media en zelfs tal van politici verloren toen hun vertrouwen in de integriteit van het politieke systeem. Dat is te vergelijken met wat er nu gebeurt met ons bedrijfsleven plus financiële systeem. Ik krijg tal van brieven en e-mails van mensen die denken dat al onze bedrijven geleid worden door hebzuchtige criminelen die er alles aan doen om zichzelf te verrijken ten koste van hun medewerkers en vooral ten koste van de mensen die in hun bedrijf geïnvesteerd hebben, de belegger dus”, aldus Coffee.
Voormalig SEC-voorzitter Stanley Sporkin ziet in de huidige vloedgolf van schandalen een inheems verschijnsel. „Dit zijn geen uitzonderingen, maar dit is een permanente ziekte in de sector. Die ziekte wordt gevoed door de hebzucht van de mens. Die hebzucht heeft altijd bestaan, maar zij kreeg tijdens de boom van de jaren ’90 ongekende mogelijkheden, niet om zich ditmaal te verrijken met tienduizenden of honderdduizenden dollars, maar het ging ineens om miljoenen en in sommige gevallen zelfs om miljarden. Niemand knipperde toen, ook niet toen de regels duidelijk overtreden werden. Pas toen die ballon implodeerde -lang voorspeld door Fed-voorzitter Alan Greenspan- begon iedereen te redden wat er te redden viel. Daarom komen nu alle schandalen aan het licht. Linksom, rechtsom of achterom, men kan de gaten niet meer stoppen met nieuwe gaten en men valt dus door de mand”, zo meent Sporkin.
Hij wijst verder op een beschermend instrument dat in z’n tegendeel verkeerde. „Men hoorde indertijd vaak het verwijt dat bedrijfsleidingen zelf nauwelijks investeerden in hun bedrijf. Dat werd opgelost met opties op bedrijfsaandelen. Opties die een binding tussen de top en het bedrijf garandeerden met een groter engagement tegenover het eigen bedrijf van de directies als verwacht gevolg. Maar zulke opties zijn uiteraard van weinig waarde, als de koers van het eigen aandeel inzakt. Dus bedachten bedrijfsleidingen met hulp van de eigen staf en met medeweten van accountantsbedrijven allerlei trucs om de koers van het eigen aandeel op te pompen. Geen aandeelhouder die daar bezwaar tegen had en directies verkochten hun kostbare aandelen na korte tijd. Hebzucht, hebzucht, hebzucht, het is de basis van de huidige ellende. Scherpere wetgeving en effectiever toezicht op de naleving daarvan zijn volgens mij de enige middelen om de sector enigszins te saneren. Enigszins, want fraude volledig uitroeien is helaas een illusie”, zo besluit Sporkin.