De avonturen van het ros Beyaert
Titel: ”De historie vanden vier Heemskinderen”, bezorgd door Irene Spijker; Deltareeks, uitg. Bert Bakker, Amsterdam, 2005
ISBN 90 351 2947 4
Pagina’s: 400
Prijs: € 29,95.
Hun familienaam klinkt al even legendarisch als die van hun roemruchte paard: de vier Heemskinderen en het ros Beyaert. Maar wie kent nog de nadere details over dit befaamde vijftal? Voor ieder die daarin geïnteresseerd is, is de nieuwe uitgave in de Deltareeks bedoeld. Nog eeuwen na zijn dood sprak de figuur van Karel de Grote (742-814) zozeer tot de verbeelding dat er her en der in Europa verhalen rond zijn persoon werden gecomponeerd, de zogenoemde ”chansons de geste”. Er zijn er in totaal zo’n honderd bekend, die onderverdeeld kunnen worden in een paar groepen.
In de oudste groep trekt Karel als belangrijkste vorst der christenheid ten strijde tegen de heidenen, zoals in het ”Roelandslied”, dat gebaseerd is op de historische slag bij Roncevalles in 778.
In een andere groep gaat het niet om externe conflicten, maar heeft Karel te maken met opstandige vazallen in zijn eigen rijk. Binnen deze soort zijn er verhalen waarin Karel het recht overduidelijk aan zijn zijde heeft -zoals in het juweeltje van eigen bodem ”Karel ende Elegast” het geval is- maar ook romans waarin hij een beduidend negatievere rol speelt. Van deze laatste soort is het verhaal over de vier Heemskinderen een treffend exempel.
Vete
Het verhaal opent met een schets van de verbeten vete tussen koning Karel en zijn leenman Aymijn (ook wel Haymijn) van Dordoen, wiens neef door Karel in een opwelling gedood is. Als Karel na zestien jaar door zijn raadgevers wordt gemaand zich met Aymijn te verzoenen, krijgt die Karels zus Aye tot vrouw. Uit dat huwelijk worden de vier ”Haymijns”-kinderen geboren: Ridsaert, Wridsaert, Adelaert en Reinout.
Reinout, de jongste, overtreft de anderen in lengte, kracht en dapperheid. Als de vier broers door hun vader tot ridder worden geslagen, krijgt Reinout het vervaarlijke ros Beyaert als rijdier, omdat andere paarden die hij te berijden krijgt onder zijn kracht bezwijken. Beyaert is een reusachtig paard, groot genoeg om zo nodig alle vier de broers te dragen.
De relatie tussen de familie van Aymijn en die van Karel blijft gespannen. Op de kroningsdag van Karels zoon Lodewijc -een onsympathieke, arrogante knaap- daagt die Adelaert uit voor een partij schaak op leven en dood. Adelaert wint de partij en schenkt zijn tegenstander genade, onder de vermaning nooit meer zo ondoordacht zijn hoofd op het spel te zetten. Lodewijc wordt woedend en slaat het schaakbord op Adelaerts hoofd kapot. Reinout neemt het voor zijn broer op en slaat Karels troonopvolger het hoofd af.
De oude vete tussen Karel en Aymijn is dus weer terug bij af. Het grootste deel van de roman wordt ingenomen door tal van avonturen waarbij Karel de vier Heemskinderen het vuur na aan de schenen laat leggen. Telkens weten Reinout en zijn broers hun tegenstanders echter te verslaan of anderszins te slim af te zijn. Het is een spannend verhaal, vol actie en avontuur en met de nodige komische elementen.
Uiteindelijk weet Aye haar broer ertoe te bewegen zich met de Heemskinderen te verzoenen. De prijs daarvoor is echter hoog: Beyaert moet verdronken worden. Het paard krijgt twee molenstenen om de nek en wordt in de rivier geworpen. Met een machtige slag van zijn hoeven weet hij de stenen te verbrijzelen en zwemt omhoog. Pas de derde poging, waarbij Karel Reinout dwingt zijn ogen af te wenden, slaagt. Het paard slaagt er nog in om naar boven te zwemmen, maar hinnikt tevergeefs om Reinouts aandacht, geeft dan de moed op en verdrinkt.
De roman besluit met een beschrijving van de verdere lotgevallen van Reinout, die onder meer in het Heilige Land vecht en meewerkt aan de bouw van de Sint-Pieter van Keulen.
Onrechtvaardige leenheer
Hoofdthema in ”De historie vanden vier Heemskinderen” is de gespannen verhouding tussen de koning en zijn vazallen. Karel de Grote wordt getekend als een tirannieke en onverzoenlijke heerser die omringd wordt door schurkachtige raadgevers en zich op hun advies aan de feodale verplichtingen weinig gelegen laat liggen. De vazallen komen daardoor in een spagaat terecht: ze willen trouw zijn aan hun leenheer, maar die maakt dat door zijn gedrag feitelijk onmogelijk, zodat ze zich genoodzaakt zien tot rebellie tegen wil en dank. Het is daarmee geëngageerde literatuur: een literaire rechtvaardiging voor opstand tegen een onrechtvaardige leenheer.
De Deltareeks is bedoeld om de belangrijkste werken uit de oudere Nederlandse letterkunde weer voor een algemeen publiek met literaire belangstelling beschikbaar te maken. Deze nieuwe uitgave, verzorgd door de Heemskinderendeskundige Irene Spijker, is een aanwinst voor de reeks. De Middelnederlandse tekst, uitgegeven naar de prozaroman gedrukt door Jan Seversoen in 1508, leest mede dankzij de verklarende voetnoten tamelijk vlot weg. Het nawoord en de verklarende aantekeningen plaatsen het werk in de historisch-culturele context. Karel heeft Beyaert dus toch niet tot zwijgen kunnen brengen.