Motto
De formatie van het nieuwe kabinet loopt naar het einde van haar eerste fase. Informateur Donner heeft inmiddels een eerste versie van het zogeheten strategisch document opgesteld: een stuk van twintig pagina’s waarin de hoofdlijnen van het komende regeringsbeleid zijn weergegeven.Het belooft een interessant stuk te worden. Het draagt als titel ”Hersteld vertrouwen” en dat zou tevens het motto van het nieuwe kabinet moeten zijn. In een soort voorwoord -toch ook nog drie A4’tjes lang- sommen de drie betrokken partijen de waarden op die voor hun beleid richtinggevend zijn. Zij spreken onder meer uit dat het nieuwe kabinet internationale verdragen en „christelijk-humanitaire” waarden respecteert. De LPF wil de „negen punten van moderniteit” opvoeren zoals Pim Fortuyn die in zijn boek ”De derde revolutie!” heeft opgesomd. Het CDA wil een passage over het gezin als basis voor burgerschap, de VVD een verwijzing naar het liberale principe van „vrijheid en verantwoordelijkheid.”
Dat de nieuwe coalitie aan de slag wil onder de banier van een motto, is begrijpelijk. Paars I trad aan met de slogan ”werk, werk, werk”, maar paars II slaagde er niet in een eigen motto en een daarbij behorende missie te formuleren. Dat was achteraf tekenend voor de zwakte van dit kabinet.
De VVD heeft overigens moeite met het door Donner bedachte motto. Er is immers de nodige kritiek in te lezen op het voorgaande kabinet, waarvan de liberalen, anders dan CDA en LPF, deel hebben uitgemaakt. Het woord „vertrouwen” zal daarom wel in het nieuwe motto voorkomen, maar „hersteld” zal door een ander woord worden vervangen.
Dat de nieuwe coalitie blijkens het motto naar een herstel van vertrouwen tussen kiezers en gekozenen streeft, is een goede zaak en beslist noodzakelijk. In paars II hadden we bijvoorbeeld te maken met een minister van Justitie die zijn falen op het terrein van de veiligheid verontschuldigde met de opmerking dat zijn ambtenaren het zo druk hadden gehad met de nieuwe wetgeving inzake euthanasie en het homohuwelijk. Dat zijn niet de prioriteiten die de burger verlangde.
Van belang wordt natuurlijk vooral welke waarden en normen de drie heren uiteindelijk precies zullen opsommen en hoe consistent dat rijtje is. Vrijheid, verantwoordelijkheid, burgerschap, het gezin, de parlementaire democratie: het zijn stuk voor stuk belangrijke noties. Maar niet onproblematisch. Fortuyn schrijft bijvoorbeeld dat de individuele vrijheid begrensd moet zijn door een „op collectief niveau beleefd stelsel van kernnormen en kernwaarden.” Dat klinkt mooi, maar uit het vervolg blijkt dat die waarden en normen vanuit de samenleving moeten opkomen en daarom ook steeds kunnen worden bijgesteld.
We mogen hopen dat met name de inbreng van het CDA een tegenwicht tegen dit soort relativisme zal bieden. Balkenende bezocht onlangs de EO-jongerendag, waar hij er zijn vreugde over uitsprak dat zo veel jongeren „kozen voor Jezus Christus.” Ds. H. Klink heeft in ”Ecclesia” vastgesteld dat daarmee een ban is gebroken: de toekomstig premier spreekt zich uit over het belang van het geloof in Christus, en dat haalt zelfs het journaal. Welke kanttekeningen men ook kan plaatsen bij die jongerendag, het optreden van Balkenende daar steekt inderdaad positief af bij het recente politieke verleden, waarin dit volstrekt ondenkbaar was.
Maar nu mogen we van Balkenende ook verwachten dat hij aan die belijdenis daadwerkelijk een vervolg geeft. We hopen van harte dat hij in zijn regeringsverklaring expliciet zal verwijzen naar de dimensie van het geloof in de God van hemel en aarde, Wiens geboden alle leven heilzaam begrenzen en aan Wie ook alle overheden eens verantwoording zullen moeten afleggen.