Kabinet zoekt uitweg uit impasse rond missie
DEN HAAG - Het kabinet probeert vrijdag tijdens de ministerraad de patstelling rondom de missie naar Afghanistan te doorbreken. Het eerder geuite voornemen voor de uitzending werd aangevuld met nadere beschrijving van de betrokkenheid van de EU bij de wederopbouw van het land, in een poging de D66-ministers, D66 en de PvdA achter de missie te krijgen. De crisisdreiging als gevolg van de opstelling van D66 is donderdag verder afgenomen.
Met de aanvulling hoopt het kabinet een inhoudelijk debat over de missie mogelijk te maken. Vrijwel alle politieke partijen willen dat het debat snel -indien mogelijk al volgende week- wordt gevoerd. Minister Kamp van Defensie toonde zich er vrijdagmorgen, net als D66-minister Pechtold van Bestuurlijke Vernieuwing, van overtuigd dat het kabinet de politieke impasse vrijdag zou kunnen doorbreken. Hij zei nogmaals dat de Kamer gewoon inhoudelijk over het sturen van troepen kan praten, aangezien de intentie van het kabinet duidelijk is.Met name D66, maar ook de PvdA vraagt zich af of Nederlandse militairen wel in staat zullen zijn iets aan wederopbouw te doen in de gevaarlijke Afghaanse provincie Uruzgan. Als de EU een vestiging in Afghanistan zou krijgen voor het coördineren van de hulp, zou de missie meer in het teken van wederopbouw staan, zoals PvdA, D66 en de bewindslieden van die laatste partij wensen.
Premier Balkenende en enkele andere kabinetsleden overlegden na de ministerraadsvergadering van vandaag met voorzitter Barosso van de Europese Commissie. Tijdens dat overleg spraken ze verder over de invulling van de rol van de EU in Afghanistan.
De dreiging met een kabinetscrisis door D66 lijkt uit de lucht. D66-fractievoorzitter Dittrich zei donderdag na topberaad binnen zijn partij dat het nu „niet het moment is om over een crisis te spreken.” Hij temperde met zijn woorden de uitspraken van D66-Kamerlid Bakker, die deze week in Elsevier zinspeelde op de val van het kabinet als de missie doorgaat.
Dittrich riep alle partijen op een inhoudelijk debat aan te gaan over de uitzending. De fractieleider herhaalde dat hij de wederopbouw in Uruzgan momenteel onmogelijk acht, omdat het daar te gevaarlijk is. „Het zal heel moeilijk zijn ons te overtuigen.” Toch sloot hij, net als Bakker donderdag ook al deed, niet helemaal uit dat zijn partij uiteindelijk toch met de missie zal instemmen. „Wij maken pas aan het eind van het debat in de Kamer de balans op, zowel over de missie als over onze kabinetsdeelname.”
Vicepremier Brinkhorst (D66) zou het „te dwaas” vinden als het kabinet zou vallen juist op een moment dat het de vruchten kan gaan plukken van de jarenlange hervormingen. „Dit kabinet moet door”, zei Brinkhorst gisteren na een partijbijeenkomst in Utrecht. „Het is nu een oogstjaar.” Hij noemde het „heel verstandig” dat Dittrich de dreiging van een kabinetscrisis heeft getemperd.
Binnen de Nederlandse bevolking lijkt het verzet tegen de uitzending af te nemen. Uit onderzoek blijkt dat het aantal voorstanders van de missie is opgelopen tot 43 procent.