Morales draagt geen naveltrui
In Latijns-Amerika hecht men in het algemeen grote waarde aan fatsoenlijke kleding. Zelfs de armste sloeber komt meestal bewonderenswaardig voor de dag. Op het genoemde continent bestaat nog altijd meer eerbied voor traditionele dracht à la Staphorst en Urk dan voor -ik noem een dwarsstraat- het westerse naveltruitje. Ook uniformen en ander decorum doen het goed in de voormalige koloniën van Spanje en Portugal. Ik kan er eerlijk gezegd moeilijk aan wennen als Fidel Castro een keer niet zijn geliefde kameradenkostuum heeft aangetrokken. Tegelijkertijd verbaas ik me erover dat het groene tenue nog altijd zo populair is in Zuid-Amerika na een tijdperk van militaire dictaturen.
De nieuwe president van Bolivia, Evo Morales, moet tegen zichzelf hebben gezegd dat hij breekt met bepaalde regels. Tijdens zijn eerste rondreis langs verscheidene landen baarde hij opzien door zijn kleedgewoonten. Hij lijkt zich weinig aan te trekken van algemeen geldende opvattingen en draagt gewoon zijn veelkleurige en gestreepte trui.Ongetwijfeld wil Morales daarmee de toon zetten voor de manier waarop tegen hem wordt aangekeken. Want zo doe je dat tegenwoordig. Als je je wilt profileren, tast je de gevoelens en de grenzen van het publiek af en je probeert daar op in te spelen. Zo draagt de Afghaanse president Karzai zijn mantel en Morales zijn trui. Met zijn trui afficheert Morales zich als indiaan. Hij is de eerste indiaanse president van het Andesland, afkomstig van de Aymara’s, die 80 procent van de bevolking vormen en al die tijd door de heersende politieke elite buitenspel werd gehouden. Hij is een voormalige cocaboer en van eenvoudige komaf. Zijn opleiding kon hij niet eens afmaken. Maar hij schopte het wel tot president, net als overigens zijn Braziliaanse buurman Lula da Silva.
Met zijn keuze voor de trui toont Morales in de eerste plaats demonstratief dat hij er is van en voor zijn volk. Daarin kan Morales ons een lesje leren. Vergeet nooit het milieu waar je uit voortkomt, luidt zijn moraal. Wees bescheiden. Trek af en toe een functionele ’trui’ aan en luister. Het spreekt voor zich dat de coltrui hoger scoort dan de naveltrui. Probeer vooral niet een te wijde trui aan te trekken.
Na zijn verkiezingszege werd snel duidelijk dat Morales weet wat hij wil. Hij was jarenlang de drijvende kracht achter de sociale beweging in Bolivia, die bijvoorbeeld wil dat de regering ophoudt met ’uitverkoop’ van het nationale gas aan het buitenland.
Begrijpelijk is zijn anti-Amerikaanse houding. Denk niet dat de Amerikanen alleen de fluwelen handschoen hebben aangetrokken als het gaat om Zuid-Amerika. Maar zijn scherpe antiamerikanisme heeft Morales eventjes afgezwakt.
Wel is de vraag waar zijn hilarische vrijage met Castro en Chavez uiteindelijk toe leidt. Het is niet verstandig Bolivia’s bodemschatten abrupt te nationaliseren. Dat zorgt voor onrust en brengt de zogenaamde bolivariaanse revolutie van het nieuwe triumviraat -Castro, Chavez en Morales- geen stap verder.
Met de verkiezing van Morales is Latijns-Amerika verder opgeschoven naar links. Ze stelt Amerika voor een lastig dilemma. Is Washington bereid te praten met de man die als een superrebel wordt afgeschilderd? Of duwt het hem meteen in de hoek van de regimes die een bedreiging vormen voor de vrije wereld?
Als de Amerikaanse regering verstandig is, knoopt ze het gesprek aan met Morales. Hij heeft zich ook laten kennen als een pragmatisch politicus, die compromissen weet te sluiten - zelfs over de cocateelt (hij maakt onderscheid tussen de teelt van coca voor het traditionele gebruik en die voor de aanmaak van cocaïne).
Morales beseft terdege dat hij tegemoet moet komen aan de verwachtingen van een erg arme en onrustige bevolking, en daarvoor heeft hij geld nodig. Als de VS verstandig zijn, haken ze daarop in en komt het tot een constructieve relatie met Evo Morales.