De rechtbank in Utrecht bepaalde woensdag dat Aegon-dochter SpaarBeleg de wettelijke zorgplicht tegenover de deelnemers heeft geschonden door ze vooraf niet te informeren over de risico’s van het aandelenleaseproduct SprintPlan.„Dit vonnis biedt hiermee nu een basis om op grootschalige wijze schadevergoedingen te gaan claimen bij Spaarbeleg", aldus de Vereniging Consument & Geldzaken. De belangenorganisatie spande eind 2003 de zaak aan tegen Aegon–dochter Spaarbeleg.

Tussen eind 1997 en halverwege 2002 werden volgens de vereniging meer dan 120.000 contracten van het zogeheten aandelenleaseproduct ’SprintPlan’ afgesloten. Alle deelnemers aan de beleggingsconstructie verloren hun hele inleg of nagenoeg hun hele inleg.

Volgens Anton Weenink, juridisch adviseur van de Vereniging Consument & Geldzaken, probeert de vereniging inmiddels voor 20.000 beleggers hun contracten in het aandelenleaseproduct terug te draaien. In totaal schat hij dat er ongeveer 60.000 tot 70.000 beleggers zijn gedupeerd door het beleggingsproduct.

De schikking die wijlen Wim Duisemberg eind vorig jaar bereikte in de rel rond de aandelenlease, gaat voor hen niet op. Die gold voor een kleine groep Dexia–gedupeerden, aldus Weenink.

De belangrijkste klacht van de vereniging, namelijk dat Spaarbeleg niet de juiste papieren had om beleggingen met geleend geld aan de man te brengen, werd woensdag door de rechter echter verworpen. Hiermee hadden de beleggingscontracten nietig kunnen worden verklaard, waardoor de beleggers hun geld zouden terugkrijgen. Ook werd de beschuldiging van de vereniging aan het adres van Spaarbeleg dat die zich zou hebben bediend van misleidende reclame, door de rechter verworpen.

Omdat de Aegon–dochter nu wel is veroordeeld voor schending van de zorgplicht, verwacht de Vereniging van Consument & Geldzaken dat de verzekeraar in hoger beroep gaat bij het gerechtshof. Eerder kreeg een andere groep beleggers in Sprintplan al op dit punt van zorgplicht gelijk van de rechter, waarna Aegon beroep aantekende.

De vereniging zal dan ook een hoger beroep van Aegon aangrijpen om de woensdag door de rechtbank afwezen vorderingen van de vereniging aan het gerechtshof voor te leggen.
Bij Aegon was woensdag niemand bereikbaar voor commentaar.