De noodhulp, gestuurd door buitenlandse organisaties, bevat onder meer voedsel, medicijnen en voertuigen, meldde een douanebeambte vanochtend in de krant The Jakarta Post.„Het is acht maanden geleden sinds de noodhulp in de haven aankwam, maar veel ervan moet nog steeds worden opgehaald”, aldus Tommy Tumpal Sianipar. Naar eigen zeggen heeft het Sumatraanse douanekantoor de afzenders brieven geschreven, maar leverde dat geen reacties op.

De hulp is bestemd voor Atjeh en Nias. Beide gebieden werden zwaar getroffen door de verwoestende aardbeving van 26 december en de vloedgolven die daarop volgden (131.934 doden en 37.066 vermisten).

Nias, een eiland voor de westkust van Sumatra, kreeg eind maart nog een zeer zware beving te verduren. Die kostte nog eens 900 mensen het leven.