De ABN-vestiging in Dubai (Verenigde Arabische Emiraten) heeft documenten vervalst om de sporen naar Iran en Libië te verdonkeremanen.Volgens ABN-topman Rijkman Groenink heeft de bank de malversaties zelf ontdekt bij interne controles en die vervolgens aan de Amerikaanse autoriteiten gemeld. Het ging hierbij om transacties die via de ABN-vestiging in New York liepen.

Volgens de bank zouden de schuldigen zijn ontslagen en is er 1 miljoen euro aan bonussen teruggestort. De boete van 80 miljoen dollar is een van de hoogste die de Amerikaanse autoriteiten een bank ooit hebben opgelegd.

De Amerikaanse wet verbiedt al jaren transacties met Iran en Libië, omdat deze landen op de lijst staan van staten die het internationaal terrorisme steunen. ABN AMRO heeft desondanks transacties doorgevoerd waarbij de Iraanse bank Bank Melli Iran betrokken was en transacties waarbij de Arabische Bank voor Investeringen en Buitenlandse Handel betrokken was. Deze laatste bank is gedeeltelijk in handen van de Libische overheid.

ABN AMRO had er volgens het ministerie van Financiën in Washington beter op moeten toezien dat dergelijke transacties geblokkeerd zouden worden.

Volgens ABN AMRO zijn er overigens geen aanwijzingen dat de verboden transacties ertoe geleid hebben dat enig geld terroristische organisaties heeft bereikt. De Amerikaanse autoriteiten bevestigen dit.

„ABN AMRO wordt er niet van beschuldigd terroristische activiteiten gefinancierd te hebben; de bank heeft alleen onvoldoende toezicht uitgeoefend op de naleving van de Amerikaanse wetgeving op verdachte of verboden financiële transacties”, aldus Robert Werner, directeur van de dienst buitenlands betalingsverkeer van het ministerie van Financiën, die optreedt als controleur van het internationaal betalingsverkeer van en naar de VS.