Lubbers voorziet geen einde van atoomtijd
DEN HAAG - Toen Lubbers als jong premier in 1982 zijn eerste bezoek bracht aan president Reagan, nam deze hem twee minuten apart. „Ruud”, zei hij, „jij denkt dat wij de hele wereld vol willen zetten met kruisraketten tegen Moskou. Maar dat is niet waar. We willen de Russen eerst een poosje laten zweten en dan ga ik naar ze toe om over ontwapening te praten.”
Deze anekdote vertelde oud-premier Lubbers dinsdag tijdens de jaarlijkse Mullerlezing van het Nederlands Genootschap voor Internationale Zaken (NGIZ) in Den Haag. Eerst wist hij niet wat hij van het voorval denken moest. „Maar later, toen Gorbatsjov aan de macht was, is het allemaal uitgekomen.”Het was niet de eerste keer dat Washington zich zorgen maakte over de internationale verspreiding van kernwapens. Al in 1946, toen Lubbers pas „net leerde fietsen”, deed een hoge adviseur in het Witte Huis al het voorstel de ontwikkeling van atoomenergie bij de Verenigde Naties onder te brengen. „Maar het plan van deze Baruch stuitte op weerstand van de Sovjet-Unie. Inmiddels is de zaak volledig omgekeerd. Rusland voelt wel voor meer internationale controle op nucleaire ontwikkeling, maar de Verenigde Staten vertrouwen de VN niet meer.”
Pas in 1970 lukte het de internationale gemeenschap te komen tot het non-proliferatieverdrag (NPV), dat als doel heeft het aantal kernwapens in de wereld terug te brengen.
Als minister van Economische Zaken vanaf 1973 kreeg Lubbers te maken met de kwestie van kernenergie. „En daar zat ik dan als jong minister achter mijn bureau toen een ambtenaar binnenkwam met het spoedbericht dat er mogelijk een spion bezig was bij Urenco kennis te kopiëren. Gek genoeg dacht ik eerst aan het industriële belang van Nederland. Pas later werd duidelijk dat deze dr. Khan uit Pakistan de proliferatie van kernwapens op het oog had.”
Voor een volle zaal met veel diplomatenblauw analyseerde Lubbers de ontwikkelingen na de Tweede Wereldoorlog. Het is juist dit tijdperk waarin Lubbers zelf een rol heeft kunnen spelen. Grotendeels uit het hoofd sprekend gaf hij dan ook veel persoonlijke ervaringen door.
Na de Koude Oorlog dachten optimisten dat het einde van het atoomtijdperk was bereikt. Lubbers: „Ik moest toen als tijdelijk Europees voorzitter een antwoord vinden op de vraag hoe de EG met de Russische Federatie moest omgaan. We hebben veel moeite gedaan de onafhankelijke Sovjetrepublieken te compenseren en te weerhouden het nucleaire pad op te gaan. Anderzijds kwam de wapenreductie toen wel op gang. De kernramp in Tsjernobyl in 1986 had bij het publiek natuurlijk grote indruk gemaakt.”
Intussen is het optimisme over het terugdringen van atoomwapens weer verdwenen. „Vijftien jaar na de fanfare over het eind van de Koude Oorlog is het hoog tijd de wereld op orde te krijgen. Binnen de EU bestaat zelfs een angst dat het incident-Khan zich zal herhalen.”
Al deze ontwikkelingen leiden ertoe dat de ex-VN-topman graag ziet dat het Weense atoombureau IAEA meer taken en bevoegdheden krijgt. „Het IAEA moet de volledige controle zeggenschap krijgen over het nucleair materiaal in de wereld. In Europa is Euratom zelfs de wettelijke eigenaar daarvan. Het IAEA is een volwassen organisatie met heel veel kennis.”
Lubbers geeft toe dat zijn voorstel ambitieus is. „Vrienden hebben me gezegd dat het beter is elk geval apart te behandelen in plaats van internationale controle in te stellen. Maar dat vind ik te riskant.”
Lubbers ziet nog niet gebeuren dat de atoomtechnologie uit de wereld verdwijnt. Integendeel. „De klimaatverandering zorgt voor een heropleving van kernenergie. Hoewel nog niet in Nederland. Wij zijn goed in studies hierover, maar niet in besluiten”, aldus Lubbers, die ook voorzitter is van de raad van toezicht van het ECN (Energieonderzoek Centrum Nederland) in Petten. „In China bouwen ze jaarlijks twee centrales en in India twee. Dat zijn er elk jaar al drie. De Britse premier Blair heeft al gepleit voor meer openheid. Je kunt erop wachten dat ook de Duitse kanselier Merkel dat zal doen.”
Volgens hem komt ongeveer 35 procent van de energievoorziening in Europa uit kerncentrales. „In Nederland is dat 3 procent, dus we lopen uit de pas.”
Lubbers’ zorg is de opstelling van grootmacht Amerika. „In alle kwesties zijn de VS de sleutel. Als die de VN blijven wantrouwen en toegeven aan het nieuwe isolationisme, bereiken we niets. De ontwikkeling van kleine kernwapens voor de strijd tegen het terrorisme ondermijnt natuurlijk de wapenreductie. Het zal de risico’s in de wereld alleen maar groter maken.”
Wat zou Lubbers zeggen tegen president Bush als hij, net als met Reagan, twee minuten met hem kon spreken, vroeg een aanwezige. „Ik zou vrij rechtstreeks zijn en hem erop wijzen dat de presentatie van Powell over Irak achteraf onjuist was. En dat hij daarom meer vertrouwen in organisaties als de IAEA moet stellen.” En dan zuchtend: „Ik geloof niet dat ik hem zal overtuigen. Hij zal glimlachen en zeggen: U bent net als mijn vader; een oude man.”