Voorkómen is beter dan wéér vóórkomen
De werkelijkheid buiten de gevangenismuren is hard. Veel ex-gedetineerden hebben geen cent en de schulden die ze hadden vóór hun straf staan nog steeds. André Rouvoet en Spencer Buth kunnen zich een betere nieuwe start voorstellen.
Een situatie die zich er bij uitstek voor leent dat de ex-gevangene weer de fout in gaat moet worden voorkomen. Dat niet alleen omwille van de gevangene, maar bovenal voor een veiliger samenleving. De ChristenUnie-notitie ”Voorkómen is beter dan wéér vóórkomen”, tijdens de begrotingsbehandeling op 14 november aangeboden aan minister Donner (Justitie), doet een aantal voorstellen iets aan de schuldenproblematiek van gevangenen te doen.Het eerste voorstel is het organiseren van een proef in één gevangenis waarin gevangenen een kleine 40 procent van het minimumloon uitbetaald krijgen. Gevangenen worden tijdens en na de detentie gevolgd. Aan de hand daarvan kan bezien worden of recidive, het weer in de fout gaan ná een straf, onder uitbetaling van dit loon inderdaad vermindert.
Werkzaamheden kunnen ook buiten de gevangenismuren plaatsvinden. Gevangenen zullen meer binding hebben met het werk dat ze verrichten en er kan iets aan schuldaflossing plaatsvinden. Deze twee zaken komen de resocialisatie, het succesvol in de samenleving terugkeren, ten goede.
Jatten
Andere voorstellen uit de notitie spreken over verlichting van uitstaande justitiële schulden, het verrichten van maatschappelijk relevant werk, meer mogelijkheid tot het combineren van een taakstraf met een vrijheidsstraf en het bieden van schuldhulpverlening tijdens de detentieperiode.
Schuldenproblematiek onder gedetineerden is een factor die een geslaagde resocialisatie, een belangrijke uiteindelijke functie van straf, in de weg kan staan. En deze problematiek is groot. In twee afzonderlijke onderzoeken van het Wetenschappelijk onderzoeks- en documentatiecentrum (WODC), blijkt dat een kleine 50 procent van de gevangenen problemen heeft met uitstaande schulden.
Je hoeft geen criminoloog te zijn om in te zien dat de kans op recidive hierdoor aanzienlijk zal verhogen. Wanneer de gevangene op vrije voeten gezet wordt, is er meteen een heel concreet en groot probleem: „Ik heb geen geld!” In het Haags Straatnieuws van deze maand zegt dakloze en ex-gedetineerde Willem: „Als je uit de gevangenis komt, zetten ze je buiten de poort en zeggen: Zoek het maar uit. Ook als je, zoals ik, geen plek hebt om naartoe te gaan. Dus dan ga je weer jatten. Je moet wel. Hoe kom je anders aan eten?”
Kamerlid Veenendaal (VVD) reageert in hetzelfde artikel: „Dit is een goed voorbeeld van waar het mis gaat in Nederland. Je kunt ex-gedetineerden niet zonder meer op straat zetten. Die mensen moeten worden begeleid, zodat ze uit de schulden komen en weer een nieuw bestaan kunnen opbouwen. De overheid heeft daar een verantwoordelijkheid in.”
Uitvoering
Het is niet zo dat wanneer een ex-gevangene maar schuldenvrij is, geen recidive meer zal optreden. Dit is een veel te eenzijdige benadering. In de notitie die aan dit onderwerp gewijd is, wordt dat ook benadrukt. Een integrale aanpak betekent ook: psychiatrische hulp, verslavingszorg, hulp bij het leren budgetteren, hulp bij het vinden van werk en van huisvesting. De voorstellen die gedaan worden vormen dus een deel van de mogelijke oplossing.
De voorstellen die in deze notitie gedaan worden hebben weliswaar alleen betrekking op schuldenproblematiek, maar met dus in het achterhoofd dat uitvoering hiervan alléén niet het ei van Columbus zal zijn.
De auteurs zijn fractievoorzitter Tweede Kamerfractie ChristenUnie en stagiair beleidsmedewerker Tweede Kamerfractie ChristenUnie.