Bunschoten krijgt rietmuseum
DEN HAAG/BUNSCHOTEN - De Raad van State is akkoord met de vestiging van een boerderijcamping met een rietmuseum aan de Eemdijk in Bunschoten.
Met dit oordeel verwerpt de hoogste bestuursrechtbank de bezwaren van Bunschotenaar C. Berkhout die zich heeft verzet tegen de komst van het bedrijf van de Bunschotense familie Van Twillert.De Raad van State schrijft in zijn uitspraak, die woensdag bekend werd, dat Berkhout niet veel last zal hebben van de vijftien kampeerders en de enkele tientallen bezoekers die dagelijks op het rietdemocentrum zullen afkomen.
Berkhout brak vorige maand tijdens de rechtszitting bij de Raad van State in Den Haag een lans voor de bewoners van het buitengebied. Hij vindt dat die beschermd moeten gaan worden tegen het toenemende aantal wat hij noemt ”Vinex-wijkbewoners” die uitwijken naar het rustige platteland. Berkhout stelt dat hij twintig jaar geleden flink in zijn portemonnee heeft moeten tasten om aan de Eemdijk te kunnen gaan wonen. Hij zegt dat hij er niet op zit te wachten om tegen een camping en een rietmuseum 200 meter verderop te moeten aankijken.
Volgens de Raad van State bestaan de rietmuseumbezoekers voornamelijk uit passerende fietsers of uit dagjesmensen die met de touringcar komen. Daar zal de Eemdijkbewoner niet veel last van kunnen hebben. De vijftien kamperende gezinnen zullen volgens het rechtscollege geen grote parkeerdruk op de dijk uitoefenen.
Op de camping komt een parkeerplaats voor vijftien auto’s. Campinghouder Van Twillert zal verder zijn gasten instrueren dat ze tussen 21.00 uur en 07.00 uur rustig aan moeten doen en niet mogen schreeuwen. Stankoverlast van barbecuende kampeerders kan er volgens de Raad van State niet zijn omdat er 200 meter zit tussen Berkhouts huis en de camping.