Raad Urk: Schutte mag verder
URK - Als het aan het college en de gemeenteraad van Urk ligt, kan de op non-actief gestelde burgemeester D. G. Schutte zijn werk weer hervatten. Dit ondanks het feit dat de rechtbank in Zwolle de eerste burger maandag veroordeelde tot een geldboete van 500 euro.
Schutte (ChristenUnie) schond volgens de rechtbank een ambtsgeheim door informatie over doorzoekingen van kotters in Den Helder telefonisch te delen met de directeur van de visafslag. Dat gebeurde in april, enkele dagen na een huiszoeking bij de Urker visafslag. Ook in afgetapte telefoongesprekken daarover liet Schutte informatie los die hem in vertrouwen was verteld. Op het moment van de telefoongesprekken was die echter niet meer geheim, zo oordeelde de rechtbank.De meeste partijen in de gemeenteraad van Urk menen dat Schutte na het betalen van de boete met een schone lei kan beginnen. CDA-fractievoorzitter T. Hakvoort noemt het „geen halszaak” als de burgemeester aan de affaire een strafblad zou overhouden.
Hakvoort vertolkt hiermee de algemene opvatting van de Urker politici. Zowel de gemeenteraad als het college baseert zich met deze mening onder meer op het verschil tussen de uitspraak van de rechter en de eis van de officier van justitie voor de rechtbank in Zwolle, twee weken geleden.
SGP-fractievoorzitter L. van der Zwan benadrukt dat de verantwoordelijkheid voor het aanblijven van Schutte bij minister Remkes ligt. „Als de minister besluit dat Schutte mag blijven, dan hebben wij er geen moeite mee.”
Het openbaar ministerie vond tijdens de zitting een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden en een geldboete van 2000 euro een passende straf. De rechtbank acht echter niet bewezen dat Schutte klikte over de ophanden zijnde inval bij de visafslag en vindt in de kwestie over de doorzoeking van de kotters niet dat er opzet in het spel was. Daarnaast berokkenden de uitlatingen van de burgemeester geen schade aan lopende onderzoeken.
Ook wegen de rechters in hun oordeel mee dat Schutte en zijn gezin diep geraakt zijn door de kwestie, die bovendien veel publiciteit kreeg.
De rechtbank noemde het bij monde van president Mr. L. T. Wemes echter niet gepast dat Schutte zich „liet meeslepen in -zoals hij dit zelf noemt- ”zijn zoektocht naar de waarheid”.”
Daarbij had Schutte er volgens de rechtbank onvoldoende oog voor dat hij als door de kroon benoemde ambtsdrager „een bijzondere functie” had. „Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte, die zich kennelijk gedwongen zag te kiezen tussen zijn onmiskenbare loyaliteit ten opzichte van de Urker bevolking en zijn uit zijn ambt voortvloeiende verplichting vertrouwelijke informatie geheim te houden, de verkeerde keuze gemaakt.”
De burgemeester zelf zegt in een eerste reactie teleurgesteld te zijn dat hij niet volledig is vrijgesproken. Hij was niet aanwezig bij de uitspraak. Samen met zijn advocaat, mr. C. Borstlap, beraadt hij zich op de vraag of hij al dan niet in beroep gaat tegen de uitspraak. Zolang Schutte daarover nog geen beslissing heeft genomen, wil hij de media verder niet te woord staan.