Uden herdenkt in stilte
UDEN (ANP) - De brand in de islamitische basisschool Bedir in Uden vorig jaar wordt in stilte herdacht. De school wil niet zeggen wanneer en waar deze herdenking plaatsvindt. „We gaan iets doen met de kinderen, maar dat gebeurt niet in de openbaarheid”, aldus directeur J. van der Voort van Bedir.
Een jaar geleden werd de school door brandstichting in de as gelegd, in de nasleep van de moord op Theo van Gogh. Vijf pubers uit Uden staken op 9 november met een brandbom de Bedir-school in brand. Een paar dagen eerder hadden ze al een mislukte poging gedaan om de Turkse moskee in Uden in vlammen te zetten.De brand legde een vergrootglas op Uden en maakte het anders zo rustige dorp even tot het middelpunt van de wereld.
Een jaar later is alles weer rustig in het Brabantse dorp. Tal van projecten om meer inzicht te krijgen in jeugd- en integratieproblematiek beginnen van de grond te komen. Ook de leerlingen van Bedir gaan weer normaal naar school. „Er is nog een enkeling die begeleiding krijgt”, zegt Van der Voort, die verder niet veel kwijt wil. Volgens haar draait de islamitische basisschool pas sinds het begin van het nieuwe schooljaar weer normaal. „Het is een hectisch jaar geweest.”
Ook met de vijf daders van de brandstichting gaat het goed. Alle vijf waren leerlingen van het Udens College. Vier van hen zijn teruggekeerd op de school. „En ze zijn overgegaan. Dat is een goede prestatie na alles wat er is gebeurd”, zegt directeur F. Schmitz van het Udens College. Wel is er het nodige op de school veranderd. „We hebben de teugels strakker getrokken”, aldus Schmitz. „De brandstichting bij Bedir was een racistische daad, maar kwam voort uit normale jeugdproblematiek.”
De vader van de puber die wordt gezien als het brein achter de brandstichting heeft de gebeurtenissen met zijn zoon en de brand in een roman op papier gezet. In ”De onschuld voorbij” verhaalt M. Bouman over de periode tussen maart 2004 en december 2004. Het boek verschijnt in december.