„Ik ben bang dat het goedkeuringsproces rond mijn benoeming een probleem voor het Witte Huis wordt en dat is niet in het belang van ons land”, aldus Miers in een brief die zij zelf aan president Bush overhandigde. Miers noemde nog enkele argumenten voor haar terugtrekking, maar in feite werd haar benoeming onmogelijk door het toenemende verzet daartegen vanuit de conservatieve vleugel van president Bush’ eigen Republikeinse Partij.Miers zou niet conservatief genoeg zijn. Er werd gewezen op vroegere uitspraken onder meer ten aanzien van abortus. Zo had zij jaren geleden verkondigd dat de beslissing van het hooggerechtshof die abortus in de VS legaliseerde beschouwd moest worden „als een juridisch feit.” Dat is niet naar de zin van conservatieven die abortus weer willen verbieden.

Bovendien werd Miers zowel door Republikeinse en Democratische politici vaak te licht bevonden. Het is overigens de vraag of dit gebeurd zou zijn als president Bush niet werd geplaagd door een reeks politieke problemen. Zijn waarderingscijfers in de peilingen hebben een dieptepunt bereikt na het gestuntel van Washington na de orkaan Katrina.

Verder is men steeds minder te spreken over de ontwikkelingen in Irak en over de stijgende energieprijzen. Daar komt bij dat Republikeinse topmannen in het Congres in schandalen verwikkeld zijn. Bovendien wacht de natie met spanning op de afloop van het onderzoek naar de CIA-affaire. Wie verraadde binnen het Witte Huis de identiteit van een undercover CIA-employee om wraak te nemen op haar man, die zich kritisch had uitgelaten over het Irak-beleid van de regering-Bush? Dit alles heeft de politieke positie van Bush dusdanig verzwakt dat zijn eigen partij tegen hem in opstand durfde te komen. Hetgeen niet veel goeds belooft voor zijn resterende ambtsperiode.