„Nog nooit een trekvogelpoepje gezien”
WELSUM - Er is verwarring over de plicht om in grote delen van Nederland de hobbyvogels af te schermen. „Veel eigenaren weten niet precies hoe ze dat moeten doen, waar de verplichting geldt en welke watervogels wel of niet onder de maatregel vallen. Het verschil met in het wild levende dieren is niet uit te leggen. Hoe kun je verkopen dat jouw ganzen naar binnen moeten, terwijl het aan de andere kant van de dijk krioelt van de wilde vogels?”

Jinke Hesterman uit het Overijsselse Welsum noemt de grote aandacht voor de hobbydierhouders „een hype.” Ze plaatst veel kanttekeningen bij de afschermplicht in risicogebieden. Maandag werd deze maatregel van kracht. Hesterman is zelf hobbyboer en is hoofdredacteur van het magazine voor hobbydierhouders Levende Have. Ze is ook adviseur van de Nederlandse Belangenvereniging voor HobbyDierhouders (NBvH).Jinke Hesterman stond aan de wieg van die vereniging, waarvan ze ook enkele jaren voorzitter was. De NBvH werd opgericht na de mond-en-klauwzeercrisis in 2001. Het Overijsselse dorpje Welsum lag in het hart van een door deze veeziekte geteisterd gebied. Sinds die tijd heeft Hesterman de belangen van de hobbydierhouders gebundeld in een landelijke belangenvereniging. „We worden nu eindelijk serieus genomen.”
Van haar achterban bestaat geen overzicht. Ze schat hun aantal op circa 250.000. „We weten dat er ongeveer 100.000 mensen zijn die voor hun plezier kippen houden. De meeste mensen houden enkele soorten, naast kippen zijn dat vaak geiten of schapen. Hoeveel hobbydieren er zijn? Geen idee, als de gemiddelde hobbyboer er vier heeft, praat je over een miljoen.”
Zelf houdt ze bij haar grote woonboerderij zeven kippen en een haan. Gisteren aan het eind van de dag dreef Jinke de dieren in een van de ruime schuren. „We wonen hier onder een trekvogelroute, vandaar. Hoewel, ik heb nog nooit een poepje van een trekvogel gezien. Volgende week zal de Algemene Inspectiedienst wel gaan controleren. Maar niet iedereen kan z’n dieren zo makkelijk kwijt. Een kennis van me heeft ganzen. Zeven verschillende soorten in afgeschermde weitjes. Als hij die bij elkaar stopt, wordt het vechten. Hoe lost hij dat op?”
Een gemiddelde eigenaar kan er volgens haar nauwelijks wijs uit worden. „Er staan op internet 33 stafkaarten van het ministerie, met de precieze grenzen voor de afscherm- of ophokplicht. „Met een gewoon telefoonlijntje kun je die nauwelijks ophalen.” Andere vragen richten zich op bepaalde soorten watervogels. „En, hoe moeten particulieren, maar ook gemeenten en bedrijven de watervogels in grote vijvers afschermen? Moet je daar dan heel grote stellages overheen bouwen?”
Aan de hand van na 2003 verschenen studies is gebleken dat het risico van de hobbydieren voor het verbreiden van het vogelgriepvirus klein is. „Wel 188 keer minder dan bij de commerciële bedrijven. Het zijn de handel en de ruimers zelf die het virus meenemen. Niet voor niets wordt de RVV in de kringen van de hobbyboeren nog altijd de Rijksdienst voor Virus Verspreiders genoemd.”
Toch wil ze de berichten over het vogelgriepvirus, met de voor mensen zo gevaarlijk geachte variant H5N1, niet kleineren. „Net als in 2003 is er een serieus gevaar. Je kunt daarom geen risico’s nemen”, aldus de hoofdredacteur van Levende Have, die denkt dat de afschermmaatregel het bewustwordingsproces bij de hobbyboeren bevordert. Ze vreest niet alleen voor het dichtbevolkte Nederland. „Wij kunnen hier nog maatregelen nemen, maar als het virus overwaait naar Afrika, is dat nog erger.”
De hobbyboeren vertrouwen Veerman. „De ruimingen van 2003 hebben diepe sporen achtergelaten, mensen zijn getraumatiseerd. Deze minister zal echt geen hobbydieren meer laten ruimen.” Ze is ingenomen met zijn plannen om de Europese Unie te bewegen om de vaccinatie van de hobbydieren vrij te geven. Tot op heden stuitte dat op weerstand vanuit de commerciële sector, die bevreesd is dat ook ingeënte kippen in de export belanden. Fel: „Dat is echt onzin, hobbyboeren houden die dieren vast, die worden niet opgegeten.”
Het ministerie heeft de sleutel. „Veerman beheert de medicijnkast. Als hij groen licht krijgt in Brussel, duurt het vijf tot tien dagen voordat de vaccins beschikbaar zijn.” Het inenten zelf gebeurt met behulp van een spuitje. „Daarna duurt het veertien dagen voordat de entingen een beschermende werking hebben. Het moet twee keer. Da’s big business voor de dierenartsen.”
Veermans uitlatingen, gisteren in Brussel, om de hobbydieren verplicht te enten, verbazen haar enigszins. „De hobbydierhouders hebben geen verplichting nodig, de meesten zullen hun kippen en andere vogels vrijwillig laten inenten. Wat ons betreft, is dat een individuele verantwoordelijkheid.”