Depressiebus bezoekt Zeeuwse markten
MIDDELBURG - „Depressies? Tja, wat kun je eraan doen?” verzucht een verkoopster achter haar kraam op de markt in Middelburg. Maandagmiddag vond daar de Zeeuwse aftrap plaats van een landelijke campagne over depressiviteit.

De Nationale Dag Geestelijke Volksgezondheid vroeg maandag met het campagnethema ”Klaart het nog op…?” aandacht voor mensen met depressieve klachten of een depressie. In Middelburg vulden tal van zorgorganisaties het thema nader in.Een speciale bus rijdt de hele week door de provincie langs weekmarkten om het publiek voor te lichten over depressie. „Een dag is veel te kort om het onderwerp uit te diepen”, zegt coördinator van de actie Caroline van Tilburg van Centrum voor Geestelijke Gezondheid Emergis. „De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) verwacht dat depressie in 2020 volksziekte nummer 1 is.”
Jos Broeke, als weerman van Omroep Zeeland een bekendheid in de provincie, doet een boekje open over atmosferische depressies. Maar hij vertelt ook dat hij zelf, ruim tien jaar geleden, met een depressie had te kampen. „Midden in zo’n depressie is het slecht weer. Ik zat op een zolderkamertje en hield me nauwelijks meer met mijn werk bezig. Maar met medische hulp of soms vanzelf lost de bewolking toch weer op.”
Het zijn symbolische woorden, want even later trekt Broeke, met gedeputeerde G. R. J. Van Heukelom, een grauw wolkenkleed van de bus en komt een op de bus geplakte zon tevoorschijn.
Ervaringsdeskundige Wietske leest twee keer een gedicht voor. Een toneelduo dat depressie uitbeeldt, trekt wat meer publiek naar de bus.
Projectmedewerker Caroline van Tilburg hoopt met deze actie zo veel mogelijk mensen te bereiken. „Als je op een beurs gaat staan, tref je alleen mensen die al geïnteresseerd zijn. Hier, op de markt, bereik je iedereen. Iedereen kan ook depressief worden.”
De bus doet deze week nog de markten van Tholen, Goes, Terneuzen, Vlissingen en Zierikzee aan. Enkele hulpverleners en een ervaringsdeskundige bewegen zich tussen de marktbezoekers en gaan met hen in gesprek.
„Depressies? Tja, wat kun je eraan doen?” Marktverkoopster J. J. Allen pakt achter haar kraam wat serviesgoed in. Ik ben een luisterend oor, maar ja, dat zijn er tegenwoordig niet veel. Die bus vind ik een goed idee. In mijn omgeving ken ik ook verschillende mensen die met depressie te maken hebben. Een van hen krijgt ook hulp bij Emergis. Hoogopgeleiden, hoor. Het komt onder alle lagen van de bevolking voor, hè?”
Gedeputeerde Van Heukelom wijst in zijn toespraak op het belang van preventie. Hij maakt de vergelijking met de verkeerssituatie in Nederland. Terwijl het op de wegen steeds drukker werd, is het aantal verkeersslachtoffers sterk afgenomen. Depressie kost op dit moment in Nederland al meer doden dan het verkeer.
Onder jongeren is het aantal gevallen van depressie 2,5 keer zo hoog als in 1950. „Waar zijn de autogordels, de valhelmen die hier iets aan kunnen veranderen?” vroeg Van Heukelom zich af.
Twee scholieren, Babette (15) en Laura (16), zouden niet snel naar de bus toestappen, al vinden ze het een goed idee om het thema aan de orde te stellen. Depressies komen ook onder hun leeftijdsgenoten vaak genoeg voor, beaamt Laura. „Vooral door de liefde”, zegt Babette wat lacherig. Zelf maakte ze ook een erg moeilijke periode door. „Ik at niets en was lusteloos. Wat dan helpt is heel veel praten met je vriendinnen en je familie”, vertelt ze. „En vooral veel leuke dingen doen.”