Mensen die ermee instemmen mogen nog meer werken, namelijk 60 uur. De ministerraad heeft vrijdag ingestemd met deze maatregelen, die waren voorgesteld door minister De Geus van Sociale Zaken. Een ander onderdeel van de aanscherping is dat de berekening van de gemiddelde werktijd over 26 weken zal plaatshebben in plaats van over 13 weken nu.De strengere regels volgen op een uitspraak van het Europees Hof van Justitie. Dat bepaalde twee jaar geleden dat wachturen en slaapdiensten gelden als werktijd. Vooral voor de zorgsector en de brandweer heeft de uitspraak vergaande consequenties. Als aanwezigheidsdiensten gelden als werktijd, loopt het gemiddeld aantal gewerkte uren per week snel op. Dat leidt tot extra kosten. Zorginstellingen en brandweer moeten dan hun personeel extra gaan betalen of extra mensen in dienst nemen.

Het kabinet heeft het besluit voor spoedadvies naar de Raad van State gestuurd. Het is de bedoeling dat de maatregel in de loop van volgend jaar ingaat.

Verder heeft het kabinet vrijdag besloten de overgangsregeling voor nachtwerk voorlopig te handhaven. Volgens die regeling mag een werknemer maximaal twintig keer in vier weken ’s nachts werken. Deze overgangsregeling zou 1 januari aanstaande aflopen. Het kabinetsbesluit is ingegeven door de vereenvoudiging van de Arbeidstijdenwet waar minister De Geus momenteel aan werkt. Op dit moment is nog niet duidelijk welke normen gaan gelden. Daarom kiest het kabinet voor handhaving van de huidige overgangsregeling.