De pluimveebedrijven moeten hard aan de slag om te zorgen voor gezond vlees in de schappen van de winkel, vindt de minister. Alleen is het volgens hem daarbij niet de bedoeling dat de bedrijven daardoor failliet gaan.

Per jaar krijgen ongeveer zestig mensen in Nederland, vooral kinderen, verlammingsverschijnselen door besmetting met de bacteriën salmonella en campylobacter. Eenderde van de besmettingen verloopt via het eten van pluimveevlees.

De ministers Hoogervorst (Volksgezondheid) en Veerman (Landbouw) willen daarom snel strengere eisen stellen aan de veiligheid van het vlees. Ze zijn een procedure begonnen bij de Europese Commissie om toestemming te krijgen voor versnelde invoering van strengere controleregels. De nieuwe regels zouden al in 2007 ingaan.

Pluimveeboeren, maar ook supermarktketens, raakten in rep en roer door dat bericht. Het Centraal Bureau Levensmiddelenhandel, een koepelorganisatie van supermarkten, maakte vorige week bijvoorbeeld bekend vanaf 2007 geen kip meer te verkopen. De winkels waren bang om de haverklap zware boetes opgelegd te krijgen omdat hun vlees niet aan de nieuwe eisen zou voldoen.

Volgens Hoogervorst zal het echter niet zo’n vaart lopen. De sector moet naar zijn mening alles uit de kast halen om de productie en verwerking van het vlees bacterieveilig te maken. De nieuwe aanpak mag volgens hem niet leiden tot grote kosten voor de betrokken ondernemers. Als aan deze voorwaarden is voldaan, zal hij de Tweede Kamer opnieuw toestemming vragen akkoord te gaan met de nieuwe regels.