Analisten voorzien nog duurdere olie
Marktvorsers waarschuwen dat de prijs voor een vat ruwe olie kan doorstoten tot boven de 100 dollar (circa 80 euro). De verwoestende gevolgen van de orkaan Katrina voor de olieproductie vormen de belangrijkste aanjager van de hoge olieprijzen. Daarnaast blijft de vraag vanuit Azië groot, waardoor de oliemarkt niet tot rust komt.
Voorspellingen van de Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs dat de prijs voor een vat lichte olie kan stijgen tot 105 dollar werden eerder dit jaar nog terzijde geschoven. „Maar we beginnen het nu toch echt serieus te nemen”, aldus reisexpert John Koldowski. Hij werkt bij de Pacific Asia Travel Association. Ook energiedeskundige Tony Nunan van het conglomeraat Mitsubishi sluit een prijs boven de 100 dollar per vat niet langer uit. Volgens hem kan een terroristische aanslag of een staking in een van de belangrijke olieproducerende landen ervoor zorgen dat de olieprijs uit drie getallen voor de komma zal bestaan.
Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) uitte dit weekeinde zijn zorgen over de dure olie. Algemeen directeur Rodrigo Rato herhaalde weliswaar zijn voorspelling dat de wereldeconomie dit jaar met meer dan 4 procent zal groeien, maar waarschuwde tegelijkertijd dat die prognose in gevaar komt door de hoge olieprijs.
De prijs voor een vat olie is de afgelopen dagen verder omhooggeschoten, nadat de orkaan Katrina flinke schade had veroorzaakt aan olieplatforms in de Golf van Mexico en aan raffinaderijen langs de zuidkust van de Verenigde Staten. De olieprijzen stonden voor de komst van de orkaan al opmerkelijk hoog omdat handelaren vrezen voor tekorten. Die angst wordt mede gevoed door de snelle opkomst van de Aziatische landen. De dure olie heeft een directe invloed op de brandstofprijzen, die wereldwijd omhoogschieten.
Vrijdag liepen de prijzen wat terug omdat de Amerikaanse regering heeft toegezegd de strategische oliereserves aan te spreken. Ook Nederland heeft zich bereid getoond zijn reserves aan te boren om rust te creëren op de oliemarkt. Andere landen, waaronder Japan en Zuid-Korea, zullen hetzelfde doen.
Op de termijnmarkt in New York sloot een vat ruwe olie voor levering in oktober afgelopen vrijdag 1,90 dollar lager op 66,90 dollar. Shell verhoogde zaterdag de prijs van de belangrijkste benzines met ruim 3 cent. Het gaat om de vijfde prijsverhoging in een week. Ook vrijdag was er al sprake van een prijsverhoging van ruim 3 cent.
De adviesprijs van een liter ongelood komt op 1,549 euro, 3,5 cent meer dan vrijdag. De prijs van een liter super gaat 3,4 cent omhoog naar 1,603 euro. Een liter diesel blijft ongewijzigd op 1,135 euro.
Het uitvallen van de raffinage- en transportcapaciteit zorgde ervoor dat de prijzen op de internationale productmarkten omhoogschoten. Die stijging komt boven op de hoge prijs die al maanden voor een vat olie betaald moet worden.
De verwachting is dat de brandstofprijzen nog verder oplopen. Vanuit de Verenigde Staten is er een groeiende vraag aan benzines, terwijl het aanbod door Katrina is afgenomen. Een prijsexplosie op de internationale productmarkten is het gevolg. In de maanden januari-augustus deed benzine per ton (1000 liter) gemiddeld nog 480 dollar. Momenteel liggen de prijzen boven de 800 dollar. De hogere prijzen worden doorberekend aan de consumenten, omdat de benzinemaatschappijen hun hogere inkoopkosten compenseren.