„ABN AMRO gaat overnamestrijd winnen”
ABN AMRO houdt er serieus rekening mee de overnamestrijd om de Italiaanse Banca Antonveneta binnen enkele weken te hebben gewonnen. Dat schrijft Het Financieele Dagblad donderdag op basis van bronnen „dicht bij de raad van bestuur” van het Nederlandse concern.
Volgens de krant zou concurrent Banca Popolare Italiana (BPI) bij ABN AMRO hebben aangeklopt om zijn belang van circa 30 procent te verkopen. ABN AMRO zou hiervoor 26,50 euro willen betalen, evenveel als het verhoogde mislukte overnamebod van de Nederlandse bank eerder dit jaar. ABN AMRO bezit een ongeveer even groot belang.
De onderhandelingen met BPI bevinden zich volgens betrokkenen in een pril stadium. „Er staan ons nog pittige onderhandelingen te wachten”, aldus een woordvoerder van ABN AMRO. Volgens hem is het dan ook te vroeg om al te zeggen of de Nederlandse bank mogelijk opnieuw een bod uitbrengt op Antonveneta. „We hebben onze belangen steeds verdedigd en blijven dat ook doen. Als de voorwaarden redelijk zijn, hebben we er interesse in om deel te nemen aan een oplossing van de huidige situatie.”
BPI probeert ook andere partijen te interesseren voor zijn belang van 30 procent, maar de zoektocht verloopt moeizaam, mede doordat ABN AMRO kopers dreigt met een schadeclaim. De bank staat daarbij sterk, omdat het belang onrechtmatig is verkregen.
De Italiaanse bank leek eerder dit jaar aan het langste eind te trekken omdat er te weinig belangstelling was voor het overnamebod van ABN AMRO. De Italiaanse justitie heeft de aandelen Antonveneta echter in beslag genomen, omdat BPI ze onrechtmatig zou hebben verkregen. Omdat meer dan de helft van de balans uit die ontoegankelijke aandelen bestaat, is normale bedrijfsvoering niet mogelijk.
Een reeks mensen uit de Italiaanse bankwereld is door de affaire beschadigd. Bestuursvoorzitter Gianpiero Fiorani van Antonveneta is sinds de inbeslagname voor twee maanden op nonactief gezet. En president Antonio Fazio van de centrale bank, die ervan wordt verdacht BPI te hebben voorgetrokken, is ook tijdelijk uit zijn functie ontheven.
Waarnemers gaan ervan uit dat Fazio een uitweg zoekt waarbij gezichtsverlies wordt voorkomen. De centrale bank zou met een voorstel komen, waarbij hij tot zijn zeventigste kan aanblijven. Daardoor zou Fazio in 2006 ’vrijwillig’ vertrekken.
Het bestuur van BPI heeft sinds het aantreden van interim-president Giorgio Olmo geen enkel initiatief meer genomen om de overnamestrijd voort te zetten. In de media circuleren geruchten dat de bank een dezer dagen bekend zal maken hoe het verder moet. Misschien is morgen de grote dag. Dan heeft overleg plaats tussen de Italiaanse regering en de centrale bank. Om de overname van Banca Antonveneta tot een goed einde te brengen, is ABN AMRO afhankelijk van de medewerking van die bank.