De provincies willen op hun websites aangeven waar gevaarlijke stoffen worden gebruikt dan wel opgeslagen liggen. Op die manier willen de provinciebesturen de burgers informeren over mogelijk risicovolle objecten. De BZW is echter bang dat die informatie niet alleen geraadpleegd zal worden door goedbedoelende burgers, maar ook door potentiële terroristen.

Op de provinciale kaarten komt onder meer te staan wat er allemaal mis kan gaan en welke gevolgen dat heeft voor de omgeving. De gegevens daarvoor zijn afkomstig uit de verleende milieuvergunningen. Het wordt terroristen zo wel heel gemakkelijk gemaakt om een lijst met mogelijke doelen samen te stellen, aldus de werkgevers.

Volgens Van Mourik hebben meerdere grote internationale bedrijven aan de BZW laten weten de plannen van beide provincies onverantwoord te vinden. „Zeker voor Amerikaanse bedrijven is dit onbegrijpelijk. Direct na de aanslagen van 11 september heeft men in de Verenigde Staten dit soort informatie meteen van internet gehaald". De BZW is volgens hem bang dat uitvoering van de plannen negatieve gevolgen heeft voor nieuwe investeringen in beide provincies.

Noord–Brabant heeft inmiddels besloten vooralsnog de informatie niet op internet te zetten, aldus een woordvoerster van de provincie. „Inmiddels is over deze kwestie een landelijke discussie ontstaan. Ook minister Remkes is tegenstander van het openbaar maken van dit soort informatie. Hij onderzoekt zelfs of het mogelijk is het te verbieden. Ook buigt een commissie onder leiding van minister Pechtold zich over de verhouding openbaarheid en overheidsinformatie. Het Brabantse provinciebestuur wil de uitkomst van al die discussies afwachten", aldus de woordvoerster.