Vice-premier Brinkhorst vindt dat dit geld aangewend moet worden voor structureel herstel van de economie. Dat het hierdoor moeilijker, zo niet onmogelijk wordt alle inkomens er volgend jaar op vooruit te laten gaan, neemt hij voor lief. „Het kabinet moet niet kijken naar wat het beste is voor zijn populariteit, maar naar wat het beste is voor de Nederlandse economie”, zegt hij dinsdag in de Volkskrant.

Brinkhorst gaat met zijn alternatieve voorstel niet alleen in tegen het kabinetsbeleid, maar ook tegen de lijn die zijn eigen fractie, die van D66, in de Tweede Kamer heeft uitgezet.

Het kabinet, dat momenteel bezig is de begroting voor volgend jaar af te ronden, rekent voor 2006 op een flinke meevaller in de aardgasbaten. Die meevaller staat min of meer vast, gezien de extreem hoge olieprijzen van dit moment. De aardgasprijzen zijn daaraan gekoppeld, wat de schatkist dit jaar en volgend jaar een miljardenvoordeel oplevert.

De aardgasbaten stromen in het zogeheten Fonds Economische Structuurversterking (FES). Balkenende wil een deel van de aardgasbaten gebruiken voor reparatie van de koopkracht. Hem is er veel aan gelegen om na drie jaar van lastenverzwaring en loonmatiging een verbetering in de koopkracht tot stand te brengen, zeker nu volgend jaar de gemeenteraadsverkiezingen plaatsvinden. Daarbij komt dat het kabinet-Balkenende bij zijn aantreden belooft heeft dat „na het zure het zoet zou komen.”

Als het kabinet niet met reparatiemaatregelen komt, gaat grote groepen burgers er volgend jaar in koopkracht op achteruit. Dat is iets wat ook Brinkhorst niet wil. Volgens hem mag het financieringstekort, dat nu geraamd is op 1,6 procent, best iets oplopen. „We rekenden eerst op een tekort van 2,2 procent. Dat geeft ruimte”, stelt de vice-premier.

Als er niet geïnvesteerd wordt in kennis, innovatie en duurzame energie, waar de aardgasbaten traditioneel voor zijn bedoeld, zakt Nederland af tot een „dozen-schuifeconomie”, vreest de minister van Economische Zaken.

De bewindsman is blij met de nieuwe cijfers van het Centraal Planbureau (CPB). Dat voorspelt dat de economie volgend jaar met 2,25 procent zal groeien, terwijl aanvankelijk nog uitgegaan werd van slechts 2 procent. Volgens Brinkhorst tonen deze cijfers de eerste vruchten van het kabinetsbeleid van de afgelopen jaren.