Dat concludeert het CIDI in zijn jaarlijks overzicht van antisemitische incidenten in Nederland over 2004 en de periode tussen 1 januari en 5 mei 2005. Ten opzichte van 2003 daalde het aantal incidenten in 2004 van 334 naar 326. Daarvan zijn er 26 ernstig (in 2003 25). Daaronder vallen de categorieën fysiek geweld, bedreiging met geweld en schending van monumenten en synagogen.

Een aantal trends noemt het CIDI ondanks de positieve ontwikkeling „zorgelijk.” Het gaat dan om een aantal incidenten in het onderwijs (18). Het CIDI pleit er daarom voor educatie over de Tweede Wereldoorlog en de holocaust het instrument te laten zijn om aan tonen waar racisme toe kan leiden. Een van de andere belangrijke oorzaken van antisemitisch gedrag is te herleiden tot verspreiding van antiwesters geluids- en beeldmateriaal uit het Midden-Oosten. „Nieuwe mediadragers versterken eeuwenoude antisemitische vooroordelen”, staat in het jaaroverzicht.

Het CIDI wijst in het rapport op de noodzaak van adequaat optreden van politie en justitie. Uit een overzicht blijkt dat veel zaken te gemakkelijk worden geseponeerd en onvoldoende worden onderzocht, oordelen de opstellers.

CIDI juicht in dit kader een in juli door minister Donner van Justitie ingediende wetvoorstel toe waarin gesteld wordt dat op het goedpraten, ontkennen en verheerlijken van terreur, oorlogsmisdrijven en genocide maximaal een jaar gevangenisstraf moet komen te staan. De wetgeving dient evenwel goed uitgevoerd te worden.