Eigen Huis wil einde wildgroei bouwleges
Gemeenten moeten duidelijk maken hoe zij de hoogte van hun bouwleges vaststellen. Dat heeft de Vereniging Eigen Huis (VEH) vrijdag gezegd. Op deze manier wil de belangenvereniging „een einde maken aan de wildgroei in bouwleges.”
Het bedrag dat een huiseigenaar aan gemeentelijke bouwleges moet betalen voor een verbouwing van zijn huis of de bouw van een nieuwe woning loopt in Nederland sterk uiteen, zegt VEH. Veel gemeentelijke legesverordeningen zouden de burger daarnaast weinig of geen duidelijkheid verschaffen over de berekeningswijze van de tarieven. „Burgers worden vaak geconfronteerd met ontoegankelijk en onbegrijpelijk jargon en moeten zich uitvoerig in de materie verdiepen om de berekening van de bouwleges te kunnen volgen.”
Vereniging Eigen Huis voert al jaren een veldtocht tegen de bouwleges. Ieder jaar houdt de organisatie een steekproef, waaruit steevast grote verschillen in prijzen tussen gemeenten blijken.
Dit jaar deed de vereniging onderzoek naar de hoogte van bouwleges in veertig Nederlandse gemeenten. De kosten voor een bouwvergunning bleken het hoogst in Rijnwoude en Amstelveen. Het minst duur waren Tytsjerksteradiel en Terneuzen.
De verschillen tussen de duurste en de goedkoopste gemeente blijken aanzienlijk. Zo kost een veelvoorkomende lichte bouwvergunning voor een dakkapel van 10.000 euro in Tytsjerksteradiel 88 euro, terwijl inwoners van Rijnwoude voor dezelfde vergunning 475 euro moeten neertellen. Dat is ruim vijf keer zo veel.
Ook vergunningaanvragers die in Rijnwoude een woning van 130.000 euro willen laten bouwen zijn stukken duurder uit. Zij betalen 5519 euro aan leges, terwijl Tytsjerksteradiel hiervoor 1716 euro vraagt.
Volgens Eigen Huis mogen gemeenten niet verdienen aan de vergunningen. Het valt daarom moeilijk te verklaren waarom gemeenten zulke sterk uiteenlopende bedragen hanteren, aldus de vereniging. „De bouwleges in de gemeente Lelystad liggen onder het landelijk gemiddelde. Toch zijn de tarieven volgens deze gemeente meer dan kostendekkend en is er zelfs sprake van een overschot. Terwijl Rijnwoude, ondanks tarieven die veelal het dubbele zijn van het landelijk gemiddelde, zegt te streven naar kostendekkendheid.” De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) bestrijdt dat er sprake is van een wildgroei aan bouwleges. Er zijn volgens een woordvoerster wel verschillen, maar daar zijn redenen voor. Gemeentes zijn autonoom in het vaststellen van hun tarieven en de ene kiest ervoor om niet alle kosten in rekening te brengen, de andere wel.
Ook zorgt volgens de VNG ingewikkelde bouwregelgeving voor „een veelheid aan varianten aan vergunningen.” De organisatie werkt daarom aan een uniform rekenmodel, zodat de verschillen meer inzichtelijk worden.
VEH dringt er bij minister Remkes op aan zo spoedig mogelijk stappen te ondernemen om tot een uniform kostenmodel te komen.