Economen voorzien officiële recessie
Uit berekeningen van economen van de Rotterdamse Erasmus Universiteit blijkt dat de economie in het tweede kwartaal van dit jaar met 1,5 procent is gekrompen vergeleken met dezelfde periode in 2004. Nederland verkeert daarmee in een recessie.
Dat stellen de Rotterdamse economen P. H. Franses en E. A. de Groot in het vrijdag verschenen economenblad ESB naar aanleiding van uitkomsten van hun rekenmodel Eicie, dat een indicatie geeft voor de toekomstige economische ontwikkeling.
In het eerste kwartaal van dit jaar daalde de Nederlandse economie al met 0,5 procent ten opzichte van het voorgaande jaar. Met twee achtereenvolgende kwartalen van krimp is Nederland volgens Franses en De Groot officieel in een recessie beland.
De economen baseren hun model op gegevens van uitzendwerk van Randstad en macro-economische cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het eerste kwartaal zaten de Rotterdamse economen er met hun model overigens flink naast: zij voorspelden toen een groei van de economie met 1 procent.
De mogelijke recessie lijkt vooral te wijten aan de dalende koopkracht van Nederlandse consumenten. Donderdag bleek uit cijfers van het CBS dat Nederlandse huishoudens in 2004 voor het derde jaar op rij koopkrachtverlies hebben geleden. De inflatie meegerekend daalde het reëel beschikbare inkomen met 1,4 procent. In 2003 was de daling nog groter, namelijk 2,7 procent.
De lonen stegen vorig jaar met 1,4 procent en het inkomen uit sociale uitkeringen en pensioenen met bijna 3 procent. Van deze inkomensstijging bleef echter niets over omdat huishoudens veel meer kwijt waren aan belastingen en premies. Vooral de pensioenpremies stegen fors, met 9 procent.
Huishoudens consumeerden in 2004 niet meer dan het voorgaande jaar. Dat de consumptieve bestedingen toch met 1 procent stegen, kwam door prijsstijgingen.
De Nederlandse bevolking stak zich ook in 2004 dieper in de schulden. In totaal stegen de schulden van de huishoudens met ruim 44 miljard euro naar 536 miljard euro. Van deze toename kwam 90 procent voor rekening van woninghypotheken. Eind 2004 stond er in totaal voor 451 miljard euro aan woninghypotheken uit. De spaartegoeden van de huishoudens stegen vorig jaar met 14,5 miljard euro tot 198 miljard euro.
Nederlanders hielden hun hand op de knip en kozen voor zekerheid. Aandelen waren uit de gratie. Huishoudens verkochten in 2004 per saldo voor 5,1 miljard euro aan aandelen.